Biokaart - Medicard
Biokaart ‑ Medicard
Op de Nationale Raad liep een adviesaanvraag binnen vanwege het Belgisch Verbond der Syndicale Artsenkamers in verband met de houding die de geneesheren moeten aannemen ten overstaan van de microprocessorkaarten waarin gegevens uit het medisch dossier worden opgeslagen en die eerstdaags op de markt zullen worden gebracht.
De Nationale Raad heeft in deze materie reeds eerder een advies uitgebracht. Nadat eens te meer wordt gewezen op de gevaren van dergelijke kaarten, zowel op het stuk van het medisch beroepsgeheim als op dat van de medische zekerheid, en met name het continu bijhouden van de opgeslagen informatie, wordt door een aantal leden van de Raad voorgesteld binnen de Nationale Raad een commissie op te richten belast met een meer algemene studie van de problemen die rijzen naar aanleiding van de toenemende automatisering.
De Nationale Raad beslist in zijn antwoord aan het Belgisch Verbond der Syndicale Artsenkamers te herinneren aan zijn advies van 21 mei 1980 en een kopie van bedoeld antwoord te richten aan de heren Ministers Dehaene, Demeester, Lenssens, Steyaert en Bertouille.
Antwoord van de Nationale Raad:
De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 18 juli 1987 uitgebreid beraadslaagd over de problemen die rijzen naar aanleiding van het invoeren van de biokaart en medicard.
De Nationale Raad herinnert in dat verband aan zijn advies uitgebracht op 21 mei 1980 (O.T. nr 28, 1979‑1980).
De Nationale Raad van de Orde der geneesheren wenst het publiek te waarschuwen voor de gevaren verbonden aan de recent met veel publiciteit aangekondigde verspreiding van een medische identiteitskaart "Medicard".
De Nationale Raad is van mening dat deze kaart aan de patiënt enkel een vals gevoel van veiligheid kan geven daar de summiere informatie eerder misleidend dan helpend kan zijn. Zo mag de "Medicard" bij voorbeeld in geen geval de momenteel in omloop zijnde bloedgroepkaartjes vervangen en zal zij eerder verouderde en onvolledige dan recente gegevens over diagnose en behandeling verstrekken.
Daarnaast wijst de Nationale Raad erop dat het gebruik van de kaart tot een schending van de privacy kan leiden en door onbevoegden voor doeleinden kan gebruikt worden waarvoor zij niet bestemd is.
De Nationale Raad herinnert bij deze gelegenheid aan de in dit verband reeds eerder aan het geneesherencorps uitgebrachte adviezen. Het zou zeer nuttig zijn wanneer elke patiënt de naam en het telefoonnummer van zijn huisarts bij zich zou hebben met daarnaast, zo nodig, een gesloten en gedateerde brief van deze met de noodzakelijke en bijgehouden gegevens over de gezondheidstoestand van de betrokkene.
De Nationale Raad legt de nadruk op de gevaren verbonden aan het gebruik van een dergelijke kaart.
Zij geeft de patiënten met name een vals gevoel van veiligheid. Voorts is de waarde ervan hoogst twijfelachtig gezien de onvolledigheid van de opgeslagen informatie en de moeilijkheden rond het bijhouden ervan.
Bij gebrek aan een wettelijke bescherming van de persoonlijke levenssfeer, is het gevaar voor schending van de privacy van de patiënt bovendien niet denkbeeldig.
Een veralgemening van dit geautomatiseerd systeem zou ten slotte kosten meebrengen die absoluut niet in verhouding staan tot de door de promotors voorgespiegelde voordelen.
Anderzijds wordt door een arts gevraagd of de medewerking met Medicard conform is met de principes uitgevaardigd door de Orde der geneesheren. Het betreft met name een pilootstudie waarbij aan een aantal huisartsen en specialisten wordt gevraagd alle gegevens waarover zij beschikken via een microprocessor in de Medicard op te slaan.
De Nationale Raad doet opmerken dat voor elke pilootstudie een protocol is vereist en dat al degenen die aan het experiment hun medewerking verlenen, over de eventuele gevaren ervan moeten worden ingelicht.
Antwoord van de Nationale Raad:
Om te kunnen antwoorden op de door U gestelde vraag zou de Nationale Raad moeten kennis nemen van het protocol van de geplande pilootstudie met Medicard.
Als bijlage gaat een recent advies van de Nationale Raad betreffende het probleem van de biokaart en de medicard.
De Nationale Raad maakt er U op attent dat het schriftelijk protocol zeker moet worden opgesteld alvorens een pilootstudie aan te vatten en dat dit protocol dient te worden goedgekeurd door een door de Nationale Raad erkende ethische commissie of door de Nationale Raad zelf.