Bewaring van het medisch dossier van een patiënt overleden in een R.V.T.
Een provinciale raad vraagt de Nationale Raad of het medisch dossier van een overleden patiënt in het rust- en verzorgingstehuis dient bewaard te worden dan wel moet overgemaakt worden aan de behandelende arts.
Antwoord van de Nationale Raad:
De Nationale Raad besprak in zijn zitting van 30 oktober 1999 uw brief van 7 september 1999 betreffende de bewaring van het medisch dossier van een patiënt overleden in een R.V.T.
De Nationale Raad wil hierbij wijzen op het gelijktijdig bestaan van drie dossiers over een R.V.T.-patiënt :
- het persoonlijk medisch dossier van de huisarts;
- het medisch R.V.T.-dossier;
- het verpleegkundig R.V.T.-dossier.
Het eerste wordt bewaard door de huisarts zelf, het tweede en het derde blijven ter beschikking in het R.V.T. teneinde zowel continuïteit als kwaliteit van de zorg te ondersteunen. Na overlijden van de patiënt zal het eerste dossier door de huisarts privé worden gearchiveerd. Het tweede en het derde dossier zullen worden gearchiveerd in het R.V.T. onder de verantwoordelijkheid van de zogenoemde "aangewezen geneesheer" van het R.V.T.
Het weze tenslotte beklemtoond dat inzage in het tweede dossier uitsluitend kan geschieden mits instemming van de huisarts die het heeft uitgewerkt.