keyboard_arrow_right
Deontologie

Bescherming van de goederen van onbekwame personen

In een advies uitgebracht op 18 januari 1992 (Tijdschrift nr. 56, blz. 25) is de Nationale Raad de mening toegedaan "dat de behandelende geneesheer een geneeskundige verklaring mag verstrekken die de gezondheidstoestand van de te beschermen persoon beschrijft".
Nadat de Nationale Raad om verduidelijkingen verzocht was aangaande dit advies, heeft hij in een brief aan de provinciale raden medegedeeld dat dit advies betrekking heeft op de "behandelende geneesheer die op generlei wijze verbonden is aan de instelling waar de te beschermen persoon zich bevindt".
Naar aanleiding van deze verduidelijking vraagt een provinciale raad aan de Nationale Raad wat hij juist verstaat onder "een geneesheer verbonden aan de instelling waar de te beschermen persoon zich bevindt".

Advies van de Nationale Raad:

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 16 mei 1992 kennis genomen van uw brief van 6 maart 1992 met betrekking tot het advies dat de Nationale Raad op 18 januari 1992 verstrekt heeft aangaande de Wet van 18 juli 1991 betreffende de bescherming van de goederen van personen die wegens hun lichaams of geestestoestand geheel of gedeeltelijk onbekwaam zijn die te beheren.

De brief van 19 februari 1992 vervangt de brief van 22 januari 1992 die vernietigd moet worden.

De Nationale Raad is de mening toegedaan dat de behandelende geneesheer die op generlei wijze (d.w.z. noch contractueel, noch statutair) verbonden is aan de instelling waar de te beschermen persoon zich bevindt, een geneeskundige verklaring mag verstrekken die de gezondheidstoestand van de te beschermen persoon beschrijft. Dit document, dat bestemd is voor de vrederechter, dient onder gesloten omslag bij het verzoekschrift gevoegd te worden (art. 4 §3 van de Wet van 18 juli 1991).