keyboard_arrow_right
Deontologie

Centra voor Leerlingenbegeleiding - Multidisciplinair leerlingendossier

Een provinciale raad wordt er door een raadslid van in kennis gesteld dat de besluiten die voorgesteld worden voor de uitvoering van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 1 december 1998 betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding ernstige deontologische vragen oproepen.
De provinciale raad vraagt het advies terzake van de Nationale Raad en dringt aan op een spoedige nieuwe contactname met de verantwoordelijke ministeriële diensten.

Advies van de Nationale Raad aan dokter D. DEWOLF, ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, administratie Gezondheidszorg, afdeling Preventieve en Sociale Gezondheidszorg:

In zijn vergaderingen van 20 mei en 17 juni 2000 besprak de Nationale Raad nogmaals het multidisciplinair dossier dat kortelings in de Centra voor Leerlingenbegeleiding in gebruik genomen wordt.

De Nationale Raad wenst te herinneren aan zijn op 24 oktober 1998 ingenomen standpunt dat overgemaakt werd aan de toen bevoegde minister en gepubliceerd werd in het Tijdschrift van de Nationale Raad nr. 83 p. 13. Dit advies wordt u als bijlage overgemaakt.

Overigens is de Nationale Raad van mening dat het CLB-dossier na het beëindigen van de schoolloopbaan van de leerling best in overleg met hem en/of zijn wettelijke vertegenwoordiger kan overgemaakt worden aan de door hem aangewezen huisarts.

Advies van de Nationale Raad van 24 oktober 1998

De Nationale Raad heeft, in zijn zitting van 24 oktober 1998, kennis genomen van het voorontwerp van decreet betreffende de centra voor leerlingenbegeleiding onder referentie 13 AD/DD/decre 78 mv2.doc 13/07/98 18:33.

De Nationale Raad heeft de elementen omtrent het medisch beroepsgeheim vervat in de artikelen 11 en 12 van dit voorontwerp op hun medisch-deontologische implicaties onderzocht en hierover volgend standpunt ingenomen, dat hij aan Uw welwillende aandacht wenst voor te leggen.

In het voorziene multidisciplinair dossier dat in het kader van de toekomstige CLB's voor iedere leerling zal worden aangelegd, mogen alleen die medische gegevens worden genoteerd die door de geneesheer worden geselecteerd als noodzakelijk en relevant voor de schoolse begeleiding van de leerling. Alleen deze geselecteerde gegevens kunnen in aanmerking komen voor het gedeelde beroepsgeheim binnen de CLB-equipe, en dit mits uitdrukkelijke toestemming van de meerderjarige leerling of van de ouders of voogd van de minderjarige leerling. Alle andere medische persoonsgegevens die de geneesheer van het CLB ter kennis komen, blijven ressorteren onder het medisch beroepsgeheim en dienen als zodanig door de geneesheer in een apart dossier te worden opgetekend en bewaard.
Bovendien zal zowel het opslaan als het verwerken van deze medische persoonsgegevens moeten voldoen aan de voorwaarden voorzien door de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, wat onder meer inhoudt dat de verwerking van deze gegevens geschiedt onder toezicht en verantwoordelijkheid van een geneesheer.