keyboard_arrow_right
Deontologie

Gezondheidsboekje

Een provinciale raad legt aan de Nationale Raad zijn standpunt voor betreffende het project van een huisarts die een gezondheidsboekje wenst in te voeren bestemd voor patiënten ouder dan 6 jaar, als verlenging van het zuigelingenboekje.

Advies van de Nationale Raad :

De Nationale Raad wijst erop dat hij herhaaldelijk adviezen heeft uitgebracht betreffende analoge projecten: gezondheidsboekje, gezondheidskaart, dossier toegankelijk via internet, enz.

Zonder a priori gekant te zijn tegen dergelijke realisaties, wijst de Nationale Raad op de beperkingen en de problemen van het voorgestelde gezondheidsboekje, dat niet verplicht kan zijn, noch in hoofde van de patiënt noch in hoofde van de zorgverleners.

Terwijl het nut van gezondheidsboekjes, ontworpen met een specifiek doel (vaccinatieboekje, groeicurve, diabetesboekje, behandeling met antistollingsmiddelen), duidelijk werd aangetoond, is daarentegen de doeltreffendheid van een boekje met een algemenere doelstelling, die gezondheidspromotie, besparingen door het niet herhalen van onderzoeken en een betere continuïteit van de verzorging groepeert, moeilijker vast te stellen. Ze hangt immers af van de kwaliteit en van de voorstelling van de opgetekende gegevens en zeer in het bijzonder van de manier waarop ze actueel werden gehouden. Bovendien moeten de gegevens worden gevalideerd en zo nauwkeurig mogelijk zijn. Ten slotte is het therapeutische gedeelte het meest veeleisende; het regelmatig bijhouden ervan, inzake posologie, maar ook inzake nevenverschijnselen, vergt een niet-verwaarloosbare tijdsinvestering.

Zelfs in de beste omstandigheden kan een dergelijk medisch boekje nooit het equivalent vormen van een goed bijgehouden medisch dossier.

Het gezondheidsboekje mag geen enkele reclame bevatten. Bovendien moet de informatie over de toegang tot de zorg en andere diensten volledig zijn en mag ze niet het resultaat zijn van een selectie. De praktische gegevens (spoedtelefoonnummer, lijst van de ziekenhuizen en van de artsen in de streek, enz.) kunnen trouwens, net zoals de algemene preventieraadgevingen, ter beschikking worden gesteld van de patiënten via afzonderlijke brochures. Op die manier kunnen ze regelmatig en zonder problemen worden bijgewerkt.

Dergelijk boekje kan slechts worden geconcretiseerd met de toestemming van de patiënt die voldoende werd ingelicht over het belang, maar ook over de beperkingen en de potentiële risico’s ervan.

Ten slotte moet de initiatiefnemer van het gezondheidsboekje de betrokken patiënt ervan in kennis stellen dat het gezondheidsboekje, dat een samenvatting van zijn medische geschiedenis en andere gevoelige gegevens bevat, is bestemd voor de verschillende zorgverstrekkers. Hij moet hem eveneens wijzen op zijn recht de toegang tot dit boekje te weigeren aan eender welke persoon die niet is betrokken bij de hem betreffende zorgverlening, bijvoorbeeld de verzekeraar, de werkgever… zoals dit gebeurt voor elk medisch dossier. Het is aangewezen dat deze informatie wordt vermeld op het boekje.