Cumulatie van de functie van ambtenaar en huisarts
Verwijzend naar de adviezen van de Nationale Raad van 20 augustus 1994 (Tijdschrift Nationale Raad, nr. 66 p. 17) en 22 april 1995 (Tijdschrift Nationale Raad, nr. 69, p. 13) stelt de geneesheer-directeur van een landsbond van een ziekenfonds vast dat het niet mogelijk is de functie van huisarts te cumuleren met een voltijdse functie van arts-ambtenaar. Hij vraagt of dit cumulatieverbod ook geldt wanneer deze laatste functie deeltijds wordt uitgeoefend.
Advies van de Nationale Raad :
De Nationale Raad heeft, in zijn vergadering van 22 januari 2000, het onderzoek verder gezet van uw aanvraag per e-mail van 8 november 1999, aangaande de cumulatie van de functie van huisarts met een deeltijdse activiteit als arts-ambtenaar.
Als bijlage sturen wij u het advies van de Nationale Raad van 17 januari 1998 (Tijdschrift nr. 80, p. 21) betreffende de cumulatie van een huisartspraktijk met een halftijdse medische activiteit in vast dienstverband.
Advies van de Nationale Raad van 17 januari 1998 :
Als gevolg van een aantal reacties op zijn advies van 22 maart 1997 verstuurd naar de provinciale raden in verband met de cumulatie van een huisartspraktijk met een halftijdse medische activiteit in vast dienstverband, heeft de Nationale Raad een nieuw advies uitgevaardigd.
De Nationale Raad nam daarbij in overweging dat
- de huisartsactiviteit de hoofdactiviteit dient te zijn van een al dan niet erkend huisarts;
- een eventuele nevenactiviteit verenigbaar dient te zijn met de hoedanigheid van arts en noch zijn hoofdactiviteit noch de continuïteit van de zorg op enige manier in het gedrang mag brengen;
- nevenactiviteiten die aanleiding kunnen geven tot ondeontologische praktijken niet kunnen worden toegestaan.
Bijgevolg dient iedere nevenactiviteit, dus ook een halftijdse activiteit in vast dienstverband, door de arts ter beoordeling te worden voorgelegd aan zijn provinciale raad.