keyboard_arrow_right
Deontologie

Interpretatie van art. 45 van de Code van geneeskundige Plichtenleer

Een provinciale raad vraagt het advies van de Nationale Raad over volgende situatie: een patiënt die ontevreden is over het protocol van minnelijke medische expertise opgesteld door zijn arts-deskundige en een verzekeringsmaatschappij, vraagt aan zijn expert het gehele dossier over te maken aan een andere deskundige teneinde de beroepsprocedure aan te vatten.
De eerste geraadpleegde deskundige stelt de overhandiging van het gehele medisch dossier afhankelijk van de betaling van de nog verschuldigde erelonen en kosten.
Het Bureau van de provinciale raad meent dat art. 45 van de Code van geneeskundige Plichtenleer in deze niet toepasselijk is en dat de arts-deskundige in geen enkel geval een retentierecht heeft op de elementen van het dossier die de patiënt hem zou toevertrouwd hebben en/of die noodzakelijk zouden zijn voor de continuïteit van de zorg.

Antwoord van de Nationale Raad:

In zijn vergadering van 14 november 1998, heeft de Nationale Raad kennis genomen van uw adviesaanvraag van 3 september 1998 aangaande de interpretatie van artikel 45 van de Code van geneeskundige Plichtenleer.

Hij sluit zich aan bij uw appreciatie van artikel 45 van de Code in deze precieze situatie en, zoals u schrijft, heeft de arts-deskundige in geen geval het recht om de elementen van het dossier die hem zouden zijn toevertrouwd door de patiënt en/of die noodzakelijk zouden zijn voor de continuïteit van de verzorging, achter te houden.

Artikel 45 van de Code van geneeskundige Plichtenleer :

De geneesheer heeft geen recht van terughouding op de medische gegevens van het dossier in geval van niet-betaling van honoraria.