Inzage door de patiënt in zijn medisch dossier opgesteld door een expertisearts
De Nationale Raad wordt geregeld om advies verzocht betreffende het recht op inzage door de patiënt in het hem betreffende dossier dat door een expertisearts werd opgesteld.
Advies van de Nationale Raad :
Advies betreffende de inzage door de patiënt in zijn medisch dossier opgesteld door de expertisearts
De Nationale Raad wordt geregeld om advies verzocht betreffende het recht op inzage door de patiënt in het hem betreffende dossier dat door een expertisearts werd opgesteld in het kader van een strafprocedure.
Hij vond het dan ook noodzakelijk het advies te vragen van de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, die de vraag voorgelegd heeft aan de federale commissie "rechten van de patiënt".
Ook het advies van de minister van Justitie werd verkregen.
De federale commissie "rechten van de patiënt" verstrekte op 9 oktober 2009 een advies met als titel "Advies betreffende de consultatie van het medische dossier dat wordt bijgehouden door de geneesheer-expert in het kader van een strafzaak".
Dit advies, dat toegankelijk is op de site https://portal.health.fgov.be, wordt als bijlage overgenomen.
Met betrekking tot de burgerrechtelijke zaken, brengt de Nationale Raad de volgende beginselen in herinnering.
De wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt is van toepassing op de expertisegeneeskunde .[1]
De patiënt is de natuurlijke persoon aan wie gezondheidszorg wordt verstrekt, al dan niet op eigen verzoek (art. 2, 1°).
Gezondheidszorg wordt gedefinieerd als diensten verstrekt door een beroepsbeoefenaar met het oog op het bevorderen, vaststellen, behouden, herstellen of verbeteren van de gezondheidstoestand van een patiënt of om de patiënt bij het sterven te begeleiden (art. 2, 2°).
Tot slot bestaat er een contractuele of buitencontractuele, privaatrechtelijke of publiekrechtelijke rechtsverhouding tussen de patiënt en de expertisearts belast met een hem betreffende expertise (art. 3).
Aangezien de expertisegeneeskunde onder het toepassingsgebied valt van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt heeft deze laatste recht op inzage in het door de expertisearts bijgehouden dossier (art. 9).
In het kader van een burgerrechtelijke procedure gebeurt het deskundigenonderzoek op tegenspraak (art. 973 van het Gerechtelijk Wetboek); dit impliceert met name dat de partijen het recht hebben kennis te nemen van elk stuk voorgelegd aan de rechter.
In het kader van een strafrechtelijke procedure kan het inzagerecht van de patiënt in het dossier van de expertisearts in botsing komen met het beginsel van het geheim van het onderzoek en met de bijzonderheden van het strafrecht.
Precies over dit punt handelt het advies van 9 oktober 2009 van de federale commissie "rechten van de patiënt".
Op basis van een analyse van de rechtspraak onderscheidt de federale commissie "rechten van de patiënt" de regels die van toepassing zijn op de expertise in strafzaken op grond van de fasen van de strafprocedure (vooronderzoek, onderzoek, vonnis) en van de belangen die op het spel staan (strafvordering en burgerlijke belangen).
Uit deze analyse blijkt inzonderheid dat het, naar gelang het stadium van de procedure, de taak is van de procureur des Konings, van de onderzoeksrechter of van de feitenrechter om te oordelen over het recht op inzage in het medisch dossier dat bijgehouden wordt door de expertisearts.
Bijlage.
[1]Cfr. : Wetsontwerp van 19 februari 2002 betreffende de rechten van de patiënt, Parlementaire Stukken, Kamer, 2001-02, nr. 50-1642/001, p. 16-17; Parlementaire Stukken, Kamer, 2005-2006, doc.51 2594/001, p. 78; Arbeidshof Brussel, 5 maart 2009, arrest A.R. nr. 50.697.