keyboard_arrow_right
Deontologie

"Uitbuiting" van jonge geneesheren

Een syndicale artsenkamer wijst de Nationale Raad op de uitbuiting van jonge geneesheren door bepaalde instellingen. Deze laatste profiteren van de medische plethora om jonge geneesheren een betrekking aan te bieden die ver beneden hun kwalificatieniveau betaald wordt.

De Raad meent dat de onderhandelingen over de erelonen onder de bevoegdheid van de beroepsverenigingen vallen, maar dat het wel tot de taken van de provinciale raden behoort de overeenkomsten die aangeboden worden aan die jonge geneesheren te bestuderen.

Advies van de Nationale Raad:

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 14 september 1991 kennis genomen van uw brief van 16 juli 1991 aangaande de uitbuiting van jonge geneesheren door instellingen die hen ver beneden hun kwalificatieniveau betalen.

Het behoort tot de taken van de Provinciale Raden de overeenkomsten tussen deze geneesheren en instellingen te bestuderen. De overeenkomst moet alle elementen bevatten die vereist worden door de Code van geneeskundige Plichtenleer en zij moet uitdrukkelijk de eerbiediging van de deontologische principes waarborgen.