keyboard_arrow_right
Deontologie

Vroedvrouwen

Het Koninklijk Besluit van 1 februari 1991 betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 6 april 1991.
Een Provinciale Raad verzoekt de Nationale Raad dienaangaande om advies. Hij is de mening toegedaan dat een hechting een medische handeling uitmaakt en uitgevoerd moét worden door een doctor in de geneeskunde.
Artikel 5 van het K.B. bepaalt inderdaad dat de vroedvrouw tijdens de bevalling, bij intacte aarssfincter, mag overgaan tot het hechten van het perineum, ook in geval van een episiotomie.
In de toelichting bij de artikelen kan men het volgende lezen: "Wat de mogelijkheid betreft om over te gaan tot het hechten van een perineumruptuur of van een episiotomie, is het Koninklijk Besluit gebaseerd op de wetgeving die van kracht is in de buurlanden: Frankrijk, Nederland, Scandinavische landen".

Tijdens de gedachtenwisseling wordt in herinnering gebracht dat de vroedvrouwen niet aanzien worden als paramedici, maar deel uitmaken van de personen die in het K.B. nr. 78 betreffende de geneeskunst gemachtigd worden om medische handelingen uit te voeren (art. 2 §2).

Advies van de Nationale Raad:

Het Belgisch Staatsblad van 6 april 1991 publiceert de tekst van het Koninklijk Besluit van 1 februari 1991 betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw.

De betrokken tekst roept bij de Nationale Raad geen enkel deontologisch bezwaar op.