keyboard_arrow_right
Deontologie

Resultaten

Resultaten

Vorige pagina

2

pagina

Briefhoofden11/05/1991 Documentcode: a053005
Manuele geneeskunde - Briefhoofden

Manuele geneeskunde ‑ Briefhoofden

Een Provinciale Raad verzoekt de Nationale Raad om verduidelijkingen in verband met vroeger uitgebrachte adviezen en meer bepaald in verband met het advies van 21 november 1990 (Tijdschrift nr. 51 ‑ Briefhoofden). Dit advies heeft betrekking op enkele vermeldingen die op het briefpapier aangebracht worden door geneesheren die bepaalde specialismen uitvoeren of bepaalde medische technieken toepassen.
De Provinciale Raad vraagt zich af of dit advies zowel voor de naamborden als voor het briefpapier geldt. Bovenal wenst hij te vernemen wat vermeld mag worden op het briefpapier van een geneesheer die de manuele geneeskunde beoefent.

Op 20 april 1991 heeft de Commissie "Alternatieve geneeswijzen" haar verslag voorgelegd aan de Raad. Na een gedachtenwisseling en enkele suggesties, werd de Commissie gelast een ontwerp‑advies op te stellen.

Dit ontwerp‑advies wordt goedgekeurd.

Advies van de Nationale Raad:

In antwoord op uw brief van 14 december 1990 geeft de Nationale Raad de volgende verduidelijkingen bij zijn advies van 20 november 1990.

1. De vraag van Dr. X betreft zowel de naamplaat als het briefhoofd.

2. De brief van 21 november 1990 geldt eveneens voor de vermeldingen op de naamplaat.

3. Wat de vermeldingen op naamplaten betreft verwijst de Nationale Raad naar zijn advies d.d. 9 juli 1983.
Bijgevolg is de vermelding van "Manuele Geneeskunde" of van het lidmaatschap bij een professionele vereniging op naamplaten niet toegelaten.

Wat de vermeldingen op briefpapier betreft verwijst de Nationale Raad naar zijn advies d.d. 20 oktober 1990 waaruit blijkt dat op het briefpapier dezelfde vermeldingen toegelaten zijn als op de naamplaat, maar dat bovendien andere bepaalde technieken vermeld mogen worden.

Manuele geneeskunde is geen specialisme maar een techniek.

In casu Dr. X mag op zijn naamplaat enkel zijn eventueel erkend specialisme vermeld worden. Op zijn briefpapier mag de vermelding "Membre du Groupement Belge de Médecine Manuelle" in geen geval vermeld worden. De andere meldingen, namelijk "Médecine manuelle" of "Manipulations vertébrales" mogen enkel vermeld worden indien de Provinciale Raad van oordeel is dat Dr. X hiervoor de vereiste competentie heeft.

Briefhoofden20/10/1990 Documentcode: a051002
Briefhoofden

Tijdens zijn vergaderingen van 20 januari, 17 februari, 24 maart en 5 mei 1990 (zie Tijdschrift nr. 49, blz. 23) heeft de Nationale Raad zich gebogen over een probleem in verband met de briefhoofden. Hij heeft de commissie "Code en Vooruitzichten" gelast dit probleem te bestuderen.
Deze commissie legt een ontwerp‑advies voor aan de Nationale Raad die zijn goedkeuring hecht aan de tekst.

Advies van de Nationale Raad :

Vermeldingen betreffende de beroepsuitoefening.

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 20 oktober 1990 het volgende advies uitgebracht :

De Nationale Raad verwijst naar de artikelen 12 en 13 van de Code van geneeskundige Plichtenleer. Artikel 13 verduidelijkt dat het briefpapier vermeldingen mag bevatten die de betrekkingen van de geneesheer met zijn patiënten vergemakkelijken. Het gaat dus om nuttige informatie die geen publicitair karakter mag hebben.

De geneesheer mag in zijn briefhoofden vermelden :

  1. Gegevens overeenkomstig het advies van de Nationale Raad van 9 juli 1983 (Tijdschrift nr. 32 blz. 21, 22 en 23).

  2. Eventuele technieken behorende tot de volgens punt één vermelde medische activiteit doch niet noodzakelijk inherent aan de uitoefening ervan; in dit geval moet de betrokken geneesheer die bijkomende competentie kunnen aantonen. De Provinciale Raad waarbij hij ingeschreven is mag het bewijs daarvan opvragen.

  3. Logo's zijn niet toegelaten op privé‑briefpapier.

Hij dient erop toe te zien dat de vermeldingen in de briefhoofden, die door zijn ziekenhuisinstelling gebruikt worden, bescheiden zijn naar vorm en inhoud.

Iedere Provinciale Raad dient te beoordelen of de vermeldingen op het briefpapier overeenkomstig zijn met de Code en dit advies.

Acupunctuur24/09/1980 Documentcode: a029002
Acupunctuur

Mag een geneesheer op naambord en briefhoofden melding maken van «acupunctuur» indien hij in het bezit is van een Belgisch of buitenlands getuigschrift ?

Advies uitgebracht door de Nationale Raad op 24 september 1980:

Uit het advies van de Academiën voor Geneeskunde blijkt dat acupunctuur voorlopig niet kan worden geassimileerd met een methode die wetenschappelijk werd bewezen.

In de huidige stand van zaken moet acupunctuur nog worden beschouwd als een experimentele medische techniek (artikel 34 van de Code van geneeskundige Plichtenleer) (*).

De vermelding «acupunctuur» op naamborden, enz. dient derhalve te worden beschouwd als onaanvaardbare reclame (artikel 13, § 2, van de Code van geneeskundige Plichtenleer) (**).

(*) Art. 34: Wanneer de geneesheer de behandeling van een patiënt aanvaardt, moet hij hem zorgvuldig en gewetensvol de zorgen toedienen die stroken met de thans geldende wetenschappeljke kennis.
(**) Art. 13, § 2: Op het naambord van een geneeskundig kabinet worden alleen vermeld: naam en voornamen, wettelijke titel, uitgeoefende specialiteit, spreekdagen en uren, en gebeurlijk het telefoonnummer.

Vorige pagina

2

pagina