Platform www.wisdoc.com
De nationale raad van de Orde der artsen heeft het platform www.wisdoc.com bestudeerd.
Advies van de nationale raad :
De nationale raad van de Orde der artsen heeft in zijn vergadering van 19 november 2016 het platform www.wisdoc.com bestudeerd. Via deze website kan de internetgebruiker een arts of een ziekenhuis opzoeken, een arts aanbevelen en aan zijn familie- of vriendenkring een specialist voor een bepaalde pathologie aanraden.
De nationale raad formuleert volgende opmerkingen:
1/ De nationale raad heeft in zijn advies van 29 oktober 2011 "Publiciteit van artsen via de website www.vlazoem.be" reeds gesteld dat ‘het voor particuliere bronnen niet mogelijk [is] de veranderingen in de praktijkvoering van een arts op de voet te volgen waardoor de consulteerbare gegevens voor de bevolking weinig bruikbaar en zelfs misleidend kunnen zijn'.
2/ De kennis, bekwaamheid en vaardigheden van een arts liggen aan de basis van diploma's die de universiteiten afleveren evenals beroepstitels en beroepsbekwaamheden die door de bevoegde gemeenschapsminister worden erkend. Artsen zijn bovendien deontologisch en wettelijk verplicht zich gedurende hun hele beroepscarrière bij te scholen teneinde steeds kwaliteitsvolle gezondheidszorg aan te bieden.
3/ Patiënten die negatieve ervaringen hebben met artsen kunnen deze via verschillende officiële kanalen (ombudsdiensten, tuchtinstanties, geschillencommissies, ...) melden zodat hieraan een passend en objectief gevolg kan worden gegeven. Beoordelingen van patiënten op fora, zoals hetwelk in dit advies wordt besproken, zijn vaak erg subjectief en niet verifieerbaar. Hierdoor kunnen de patiënten schade toebrengen aan de arts. Zij zetten het patiëntenrecht op de vrije keuze van arts onder druk.
4/ Het platform www.wisdoc.com verwerkt persoonsgegevens van artsen zonder hun medeweten en toestemming. De nationale raad is van oordeel dat artsen om die reden hun persoonsgegevens kunnen laten verwijderen van dergelijke fora, krachtens artikel 12 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens*.
*Art. 12. § 1. Eenieder is gerechtigd alle onjuiste persoonsgegevens die op hem betrekking hebben kosteloos te doen verbeteren.
(Eenieder is bovendien gerechtigd om wegens zwaarwegende en gerechtvaardigde redenen die verband houden met zijn bijzondere situatie, zich ertegen te verzetten dat hem betreffende gegevens het voorwerp van een verwerking vormen, behalve wanneer de rechtmatigheid van de verwerking gesteund is op de in artikel 5, b) en c), bedoelde redenen.
Indien de persoonsgegevens verkregen worden met het oog op direct marketing mag de betrokkene zich kosteloos en zonder enige motivering tegen de voorgenomen verwerking van hem betreffende persoonsgegevens verzetten.
In geval van gerechtvaardigd verzet mag de door de verantwoordelijke voor de verwerking verrichte verwerking niet langer op deze persoonsgegevens betrekking hebben.) <W 1998-12-11/54, art. 16, 004; Inwerkingtreding : 01-09-2001>
Eenieder is tevens gerechtigd kosteloos de verwijdering van of het verbod op de aanwending van alle hem betreffende persoonsgegevens te bekomen die gelet op het doel van de verwerking, onvolledig of niet ter zake dienend zijn, of waarvan de registratie, de mededeling of de bewaring verboden zijn, of die na verloop van de toegestane duur zijn bewaard.
§ 2. Om (de in §1 bedoelde rechten) uit te oefenen dient de belanghebbende een gedagtekend en ondertekend verzoek in bij de (verantwoordelijke voor de verwerking) of bij iedere andere persoon die de Koning aanwijst. <W 1998-12-11/54, art. 16, 004; Inwerkingtreding : 01-09-2001>
§ 3. (Binnen een maand te rekenen van het tijdstip van indiening van het verzoek op grond van § 2, deelt de verantwoordelijke voor de verwerking de verbeteringen of verwijderingen van gegevens, gedaan op grond van § 1, mee aan de betrokkene zelf, alsmede aan de personen aan wie de onjuiste, onvolledige of niet ter zake dienende gegevens zijn meegedeeld, voor zover hij nog kennis heeft van de bestemmelingen van de mededeling en de kennisgeving aan deze bestemmelingen niet onmogelijk blijkt of onevenredig veel moeite kost.
Indien de betrokkene zich tegen de verwerking of de voorgenomen verwerking van hem betreffende persoonsgegevens verzet in toepassing van § 1, tweede en derde lid, deelt de verantwoordelijke voor de verwerking aan de betrokkene binnen dezelfde termijn mee welk gevolg hij aan het verzoek heeft gegeven.) <W 1998-12-11/54, art. 16, 004; Inwerkingtreding : 01-09-2001>
§ 4. (opgeheven) <W 1998-12-11/54, art. 16, 004; Inwerkingtreding : 01-09-2001>