keyboard_arrow_right
Deontologie

Advies van 19 juni 1999 betreffende de mededeling van disciplinaire beslissingen aan de dienst voor geneeskundige controle van het Riziv - Wijziging d.d. 4 februari 2006

Aangezien de huidige tekst van het advies het nut van de mededelingen aan het Riziv tenietdoet, beslist de Nationale Raad in het tweede deel van het advies van 19 juni 1999 (Tijdschrift Nationale Raad nr. 86, december 1999, p. 13) volgende zin te schrappen :

Wachtdiensten - Nieuwe bevoegdheden van de provinciale geneeskundige commissies - Mededeling van disciplinaire beslissingen aan de Dienst voor geneeskundige controle van het Riziv

Op 24 maart 1999 vestigde de Nationale Raad de aandacht van de provinciale raden op de in het Belgisch Staatsblad van 6 februari 1999 bekendgemaakte wet van 25 januari 1999 houdende sociale bepalingen, waarin een aantal artikels voorkomen die de artsen en de Orde der geneesheren aanbelangen.
De provinciale raden werden uitgenodigd de vragen die zich in verband met deze wet stelden voor te leggen aan de Nationale Raad.
De desomtrent door de provinciale raden gestelde vragen hadden betrekking op twee onderwerpen:

1. […];
2. de mededeling van disciplinaire beslissingen aan de Dienst voor geneeskundige controle van het Riziv (artikel 144 van de sociale programmawet tot wijziging van artikel 146 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994).

Over dit laatste onderwerp ontving de Nationale Raad op 14 april 1999 een schrijven van de geneesheer-directeur-generaal van de Dienst voor geneeskundige controle van het Riziv, met het verzoek de provinciale raden van de Orde der geneesheren op de hoogte te brengen van de nieuwe wettelijke bepalingen "met het oog op een verdere goede samenwerking en teneinde nodeloze vragen of briefwisseling te voorkomen".

Aanbeveling van de Nationale Raad aan de provinciale raden:

I. […]
II. Wat het overmaken van disciplinaire beslissingen aan het Riziv betreft (artikel 144 sociale programmawet).

Sinds de inwerkingtreding van het artikel 144 van de sociale programmawet, houdende wijziging van artikel 146 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, kan de Dienst voor geneeskundige controle, indien hij tijdens zijn onderzoeken bepaalde feiten op het spoor komt die de tuchtrechtelijke instanties kunnen aanbelangen bij het toezicht waarmede zij belast zijn, deze feiten bij die tuchtrechtelijke instanties aanklagen.

Anderzijds zijn de tuchtrechtelijke instanties verplicht de Dienst voor geneeskundige controle op de hoogte te brengen van de definitieve beslissingen (disciplinaire beslissingen van de provinciale raden die niet meer vatbaar zijn voor verzet of hoger beroep en beslissingen van de raden van beroep die niet meer vatbaar zijn voor verzet of voorziening in cassatie) die zij hebben uitgesproken met betrekking tot feiten die de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen schade hebben toegebracht : "de provinciale raden en de raden van beroep van de Orde der geneesheren delen in het bijzonder aan de voormelde dienst de straffen mee die werden uitgesproken wegens misbruiken van de diagnostische en therapeutische vrijheid".

De nieuwe wettelijke regeling vereist herziening van de adviezen van de Nationale Raad van 22 maart 1997 (Tijdschrift nr. 78, p. 16) en van 21 maart 1998 (Tijdschrift nr. 80, p. 30) inzake het niet-mededelen van disciplinaire beslissingen aan het Riziv.

De Nationale Raad is van mening dat het aangewezen is aan de Dienst voor geneeskundige controle mededeling te doen van alle disciplinaire beslissingen die voor het Riziv enig belang kunnen vertonen, met uitzondering van zaken aangebracht door het Riziv waarbij deze duidelijk te kennen geeft geen belangstelling te hebben voor het verder aan de zaak gegeven gevolg. Mededelingen omtrent zaken die niet door het RIZIV werden aangebracht dienen anoniem te gebeuren.

Hierbij is op te merken dat de nieuwe bepalingen slechts gelden voor de vanaf de inwerkingtreding van de sociale programmawet definitief genomen disciplinaire beslissingen, dit is vanaf 16 februari 1999 (tiende dag na de bekendmaking van de wet in het Belgisch Staatsblad).

Een kopie van de aanbeveling van de Nationale Raad in verband met de mededeling van disciplinaire beslissingen aan het Riziv (punt ll) wordt overgemaakt aan de geneesheer-directeur-generaal van de Dienst voor geneeskundige controle van het Riziv.