keyboard_arrow_right
Deontologie

Arbeidsgeneesheer en beroepsgeheim

Mag een arbeidsgeneesheer bij een aanwervingsonderzoek, de kandidaat verzoeken een brief te ondertekenen waardoor hij gemachtigd wordt de behandelende geneesheer om medische inlichtingen te vragen ?

In zijn vergadering van 16 juni 1979, heeft de Nationale raad volgend antwoord geformuleerd:

Naar aanleiding van Uw brief van 26 april 1979 betreffende Uw advies inzake het beroepsgeheim als gevolg van het schrijven van 4 april 1979 van Dr. D.G., heb ik de eer U het advies van de Nationale raad mede te delen.

De Nationale raad is van oordeel dat een onderscheid dient te worden gemaakt tussen een aanwervingsonderzoek en het onderzoek door de arbeidsgeneesheer in het kader van diens preventieve opdracht.

Bij een aanwerving handelt de arts, of hij nu al dan niet arbeidsgeneesheer is, steeds als deskundige in opdracht van de werkgever en is artikel 129 van de Code van Plichtenleer van toepassing. De arts die met het oog op een aanwerving, de geschiktheid van de kandidaat onderzoekt, mag diens behandelende geneesheer niet om medische inlichtingen verzoeken.

De behandelende geneesheer mag, op verzoek van een ongeschikt verklaarde kandidaat met de arts, die belast is met het onderzoek, in kontakt treden indien hij dat nuttig oordeelt.

De aanwervingsarts mag tijdens het medisch onderzoek de kandidaat verzoeken een vragenlijst in te vullen om de anamnese te vergemakkelijken.

In het kader van de arbeidsgeneeskunde daarentegen, mag de geneesheer, die reeds tewerkgestelde arbeiders of bedienden onderzoekt, in toepassing van artikel 106 van de Code van Plichtenleer, en met de toestemming van de betrokkene, eventueel aan de behandelende geneesheer medische inlichtingen vragen.