keyboard_arrow_right
Deontologie

Kwaliteit van de verzorging - Aansprakelijkheid

Een kind onderging een polysomnografie en het protocol van de onderzoeker kwam tot het besluit dat een monitoring noodzakelijk was gedurende de slaap.
Op het ogenblik dat de ouders het kind aanmelden voor opvang in een kinderdagverblijf, uiten zij hun vaste voornemen het kind nooit aan de monitor te plaatsen in het kinderdagverblijf, net zomin als thuis.
Een adviseur-kinderarts van Kind en Gezin en de kinderarts van het kinderdagverblijf leggen drie vragen voor aan de Nationale Raad :

  1. Mag men, aangezien het onmogelijk is een kind een ononderbroken toezicht van het personeel te verzekeren tijdens zijn slaap, aanvaarden dat een kind dat beschouwd wordt als "risicogeval " opgenomen wordt in de instelling zonder toezicht door de moderne technieken ?
  2. Heeft men het recht het kind het toezicht te geven dat geweigerd wordt door de ouders ?
  3. Heeft de door de ouders ondertekende aansprakelijkheidsdecharge voor de arts van de instelling voldoende juridische beschermingswaarde indien zich een dodelijk ongeval voordoet tijdens het verblijf in de kinderopvang bij afwezigheid van een toezichtmonitor ?

Advies van de Nationale Raad :

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 5 juli 1997 uw brief van 9 april 1997 besproken.

De Raden van de Orde zijn alleen bevoegd voor de deontologische aspecten van de inhoud van uw brief.

De Nationale Raad herinnert eraan dat de arts, zowel bij de uitoefening van de preventieve als de curatieve geneeskunde, ervoor moet waken zijn patiënten op elk ogenblik met de beste zorg te omringen.

De Code van geneeskundige Plichtenleer bepaalt in artikel 35 dat de geneesheer, behalve in geval van overmacht, zijn beroep enkel mag uitoefenen onder voorwaarden die de kwaliteit van de zorg en van de medische behandeling niet in het gedrang brengen. Ook de artikelen 28 en 29 van deze zelfde Code kunnen van toepassing zijn op het soort problemen dat u naar voren brengt.

Het precieze antwoord op uw eerste twee vragen is bijgevolg negatief. In verband met uw derde vraag betreffende de ondertekening van een aansprakelijkheidsdecharge, geldt dat de juridische beschermingswaarde ervan zeer bedenkelijk is.