NWK
N.W.K.
De Nationale Raad neemt kennis van het ontwerp van antwoord aan de provinciale raden die om advies verzochten in verband met het contract dat door het N.W.K. wordt voorgesteld aan de algemeen geneeskundigen en pediaters van het franstalige landsgedeelte.
De Nationale Raad keurt onderstaande tekst goed die aan alle provinciale raden met het Frans als voertaal wordt overgemaakt.
De Nationale Raad heeft in zijn vergaderingen van januari en februari 1987 een nader onderzoek gewijd aan een ontwerp‑contract dat door het O.N.E. aan de algemeen geneeskundigen en pediaters van het franstalige landsgedeelte wordt voorgesteld.
De Nationale Raad heeft gemeend ter zake de volgende opmerkingen te moeten maken.
1. Aan de geneesheer wordt een contract voorgelegd voor de duur van vijf jaar dat te allen tijde door elke partij bij aangetekend schrijven kan opgezegd.
Hierbij wordt enkel het belang van de kinderen vermeld als element waar rekening dient mee gehouden te worden. Het is zeer ongebruikelijk dat men zonder enige vooropzeg en zonder enige motivatie aan een contract van beperkte duur plots een einde kan stellen.
Daarnaast kan men zich afvragen of het niet verkieslijk zou zijn de benoemde geneesheer bij de hernieuwing van het contract de voorkeur te geven op de andere eventuele kandidaten. Wanneer het O.N.E. van de geneesheer een specifieke opleiding vraagt, een grote beschikbaarheid verwacht, op permanente bijscholing en een groot engagement aandringt, heeft dit heel wat consequenties voor zijn verdere vorming, de organisatie van zijn praktijk en de planning van zijn loopbaan. De korte duur van de overeenkomst hypothekeert grotendeels de in de geneesheer gestelde verwachtingen.
2. De uitdrukkelijke vermelding in de overeenkomst dat het niet om een arbeidscontract gaat, volstaat niet.
Bij betwisting zal de rechtbank nagaan of er al dan niet een band van ondergeschiktheid bestaat.
3. De voorziene bevoegdheid van de geneesheer is niet alleen zeer ruim, maar bestrijkt ook het terrein van andere geneesheren, zowel uit de curatieve als preventieve sector.
De geneesheer van het O.N.E. komt op het terrein van de huisarts wanneer hij gesprekken met het ouderpaar gaat opzetten bij familiale moeilijkheden die een weerslag zouden kunnen hebben op de ontwikkeling van het kind. Het ware verkieslijker dat hij zich met de huisarts in betrekking zou stellen en met hem zou overleggen.
De geneesheer krijgt o.m. als opdracht de gezondheidstoestand van de opvoedsters en verantwoordelijken van de kinderkribben en hun omgeving en personeel na te gaan. Dit kadert niet in de bevoegdheid van de pediater.
Van de geneesheer wordt voorts verwacht dat hij contacten legt met alle mogelijke diensten en instellingen waarvan kan worden verwacht dat zij ooit bij de verdere ontwikkeling van het kind een rol zullen spelen.
Een dergelijke coördinatie zou natuurlijk best nuttig kunnen zijn maar zal niet zomaar door alle vermelde instellingen worden geaccepteerd.Van de geneesheer wordt ten slotte ook verwacht dat hij nauwlettend toeziet op de situatie van kinderen die niet of niet meer onder zijn toezicht vallen.
Dit lijkt een aantasting te zijn van de vrije keuze van de ouders van het kind.
Een dergelijke visie op de taak van de ONE‑geneesheer kan niet worden gerealiseerd door een nota als bijlage bij een overeenkomst, maar moet het voorwerp uitmaken van een ruime dialoog met alle betrokken instellingen en wetgevend werk ter zake.
4. Opvallend is dat de voorgelegde documenten omzeggens uitsluitend handelen over bepaalde verplichtingen van de geneesheer en nauwelijks rekening houden met de deontologische en wettelijke verplichtingen bij de uitoefening van de preventieve geneeskunde:
- de verantwoordelijkheid voor de bewaring en de toegang tot het medisch gedeelte van het dossier wordt niet vermeld;
- de exacte relatie met de T.M.S. blijkt nergens uit;
- waarborgen i.v.m. het medisch geheim naar het plaatselijk comité toe, ontbreken;
- verplicht doorspelen van nuttige informatie naar de huisarts wordt niet vermeld;
- het informeren van andere artsen met een taak in de preventieve sector, wordt niet voorzien;
- het verbod van curatieve geneeskunde wordt niet opgelegd.
Deze opsomming is niet volledig maar illustreert dat de voorgelegde documenten wel een uitgangspunt kunnen zijn voor verdere bespreking maar in hun huidige vorm vanuit deontologisch oogpunt niet kunnen worden onderschreven.