Disciplinaire schorsing - geassocieerde artsen
Een provinciale raad vraagt aan de Nationale Raad hoe een disciplinaire schorsing van een arts die in een associatieverband werkt, ten uitvoer gelegd moet worden.
Advies van de Nationale Raad :
In antwoord op uw brief van 29 september 1994 omtrent de problematiek die zich kan voordoen ter gelegenheid van een schorsing opgelopen door een arts die zijn praktijk uitoefent in een associatieverband, wil de Nationale Raad U volgend advies verstrekken.
Art. 158 §1 van de Code van geneeskundige Plichtenleer bepaalt dat een geneesheer die door een gerechtelijke of disciplinaire beslissing het recht om de geneeskunde uit te oefenen is ontzegd, zich gedurende de straftijd niet mag doen vervangen.
In zijn advies van 14 januari 1989 preciseerde de Nationale Raad hieromtrent dat de geschorste arts op de voordeur van zijn kabinet de naam moet vermelden van tenminste twee collega's die voor de continuïteit van de verzorging kunnen instaan, en dat telefonisch dezelfde informatie moet worden verstrekt. Het kabinet van de geschorste arts moet evenwel gesloten blijven.
Op 16 november 1991 besliste de Nationale Raad hierop aanvullend dat principieel de geschorste arts zijn partner(s) in de associatie niet mag aanduiden om voor de continuïteit van de verzorging in te staan.
Ingaand op de door U geformuleerde vraag kan de Nationale Raad verduidelijken dat het in de eerste plaats niet gaat om een vervanging doch alleen om een verzekeren van de continuïteit van de verzorging aan de in behandeling zijnde patiënten en dat dit bovendien in principe niet kan geschieden door de partner(s) in de associatie. Uiteraard dient de vrije keuze van de patiënt hierbij te worden geëerbiedigd.
Aangezien het kabinet van de geschorste arts dient gesloten te blijven tijdens de duur van de schorsing mag daarenboven de eventueel gezamenlijke consultatieruimte waarbinnen de geassocieerde artsen patiënten ontvangen niet worden in gebruik genomen tijdens de dagen en uren waarop de consultaties van de geschorste arts normaliter plaatsgrijpen.
Tijdens de schorsing verliest de geschorste arts zijn recht op enig ereloon.