keyboard_arrow_right
Deontologie

Geneesherenvennootschappen

Geneesherenvennootschap

Een provinciale raad vraagt aan de Nationale Raad of de statuten van de geneesherenvennootschap X in overeenstemming zijn met de voorschriften van de Orde.
Na bestudering van het rapport van de Commissie "Code en Vooruitzichten" verstrekt de Nationale Raad het volgende advies :

Advies van de Nationale Raad :

Het nazicht van de statuten en de studie van het dossier betreffende de vennootschap X doen ons ertoe besluiten dat de statuten van deze vennootschap niet in overeenstemming zijn met de bepalingen van de Code van geneeskundige Plichtenleer inzake geneesherenvennootschappen.

Wat de professionele vennootschap betreft :

  • de uitoefening van de geneeskunde wordt niet in gemeenschap gebracht door de vennoten;
  • het gaat om geneesheren die verschillende of niet-aanverwante disciplines uitoefenen.

Wat de middelenvennootschap betreft, vindt meer bepaald een associatie met niet-geneesheren plaats.

De Nationale Raad wijst erop dat de artikelen van de Code van geneeskundige Plichtenleer gewijzigd werden om de uitoefening van de geneeskunde in vennootschap te vergemakkelijken in overeenstemming met de geldende wettelijke bepalingen.

De provinciale raden zijn bevoegd om de Code van geneeskundige Plichtenleer te interpreteren in de geest van de code en met eerbiediging ervan.
Bij deze interpretatie dient evenwel de grootst mogelijke omzichtigheid aan de dag gelegd te worden. Wat in het bijzonder de interpretatie van de artikelen aangaande de geneesherenvennootschappen betreft, dient erop toegezien te worden dat er geen risico bestaat op collusie tussen geneesheren of nog, tussen geneesheren en niet-geneesheren.