Gedragsregels voor de geneesheren in verband met de klinische biologie
Gedragsregels voor de geneesheer in verband met de klinische biologie
Het geheel van de beginselen, gedragsregels en gebruiken, die iedere geneesheer moet eerbiedigen en als leidraad nemen bij de uitoefening van zijn beroep, is vervat in de Code van Geneeskundige Plichtenleer, opgesteld door de Nationale Raad van de Orde der Geneesheren.
De gedragsregels voor de klinische biologie vloeien voort uit deze Code. Vooral artikelen 10, 34, 35, 36, 80, 81, 103, 160, 162, 164, 166, 167, 173 en 175 zijn hierbij van belang.
Artikel 10 : "De geneeskunde mag in geen geval en op geen enkele wijze als een handelszaak worden opgevat."
Artikel 34 : "Wanneer de geneesheer de behandeling van een patiënt aanvaardt, moet hij hem zorgvuldig en gewetensvol de zorgen toedienen die stroken met de thans geldende wetenschappelijke kennis."
Artikel 35 : "Behalve in geval van overmacht, mag de geneesheer zijn beroep enkel uitoefenen onder voorwaarden die de kwaliteit van de zorgen en van de medische behandeling niet in het gedrang brengen.
Hij moet vermijden zijn bevoegdheid te overschijden."
Artikel 36 : "De geneesheer beschikt over de diagnostische en therapeutische vrijheid.
Hij zal vermijden onnodig dure onderzoekingen en behandelingen voor te schrijven of overbodige verstrekkingen te verrichten."
Artikel 80 : "Ereloonverdeling tussen geneesheren is toegestaan wanneer zij betrekking heeft op een aan de zieke rechtstreekse of onrechtstreeks bewezen dienst in het kader van de groepsgeneeskunde.
Behoudens deze gevallen, is het aanvaarden, het aanbieden of het vragen van een ereloonverdeling zelfs zonder gevolg, een ernstige fout."
Artikel 81 : "Elke ereloonverdeling tussen geneesheren en niet-geneesheren is verboden."
Artikel 103 : "Onverminderd de bepalingen van artikel 36, alinea 1, betreffende de diagnostische en therapeutische vrijgheid, moet de geneesheer zich bewust zijn van zijn sociale verantwoordelijkheid. Het bestaan van privé- of openbare verzekeringen betekent niet dat hij mag afwijken van de in alinea 2 van artikel 36 opgenomen bepaling inzake misbruik van de diagnostische en therapeutische vrijheid."
Artikel 106 : "§ 1. De verenigingen van geneesheren mogen aan hun leden rechtstreeks noch onrechtstreeks winst of profijt verschaffen. § 2. Zij mogen geen aanleiding geven tot een commerciële uitbating van de geneeskunde."
Artikel 162 : "Elk ontwerp van contract, statuten, huishoudelijk reglement of elke wijziging ervan moet vóór de ondertekening worden voorgelegd aan de Provinciale Raad van de Orde waartoe de meerderheid van de toekomstige vennoten behoort.
Deze raad oordeelt binnen de drie maanden na de aanvraag of de bepalingen met de beginselen van de medische plichtenleer stroken."
Artikel 164 : "De geneesheer mag slechts een normale interest ontvangen voor de ingebrachte kapitalen. De nettowinst van de vereniging, na aftrek van bedoelde interest, moet geherinvestesteerd worden met het oog op de verwezenlijking van het maatschappelijk doel."
Artikel 166 : "Elke overeenkomst gesloten tussen geneesheren van verzorgingsinstellingen moet door een schriftelijk contract worden geregeld.
De statuten, contracten en huishoudelijke reglementen moeten stroken met de bepalingen van de geneeskundige plichtenleer.
Elke bepaling die indruist tegen de plichten die ontstaan uit het stilzwijgend verzorgingscontract dat de geneesheer met zijn zieke verbindt, is verboden."
Artikel 167 : "Elk statuut of contract en elke wijziging van een bestaand statuut of contract moet vooraf worden voorgelegd aan de Provinciale Raad waartoe de geneesheren behoren, evenals het huishoudelijk reglement of de documenten waarnaar in het contract wordt verwezen.
De Provinciale Raad zal binnen de drie maanden onderzoeken of de statutaire, contractuele of reglementaire bepalingen overeenstemmen met de beginselen van de geneeskundige plichtenleer."
Artikel 173 : "Elk vennootschapscontract tussen geneesheren en derden met het oog op de uitbating van klinieken, laboratoria, ziekenhuizen of andere instellingen dat onder meer het gebruik van computers tot doel heeft, is verboden."
Artikel 175 : "De Provinciale Raden, waartoe aanstaande geneesheren-vennoten behoren, mogen niettemin verenigingen machtigen die één van de in artikelen 173 en 174 opgesomde oogmerken hebben, wanneer zulke verenigingen geen enkele winst of geen rechtstreeks of onrechtstreeks voordeel verschaffen aan de een of andere partij."
De hiernavolgende gedragsregels zijn een concrete toepassing van de Code en meer bepaald van de hogervermelde artikelen op de klinische biologie.
Elke geneesheer hoort ze na te leven en de Provinciale Raden van de Orde zullen over de naleving ervan waken.
I. Gedragsregels voor de geneesheer-aanvrager van analyses
De aanvrager mag enkel de noodzakelijke laboratoriumonderzoekingen vragen:
- hierbij zal de geneesheer zich laten leiden door zijn klinische zin, de ernst en de urgentie van het probleem;
- het systematisch aanvragen van uitgebreide reeksen analyses bij een eerste onderzoek evenals de frequente controles zijn verboden;
- wanneer het klinisch probleem zijn bevoegdheid overschrijdt, zal de aanvrager op een specialist ter zake beroep doen. Samen beslissen zij welke analyses dienen te worden gevraagd.
De analyseaanvragen dienen zo nodig vergezeld van de noodzakelijke klinische gegevens.
Een voldoende kennis van de klinische biologie is noodzakelijk om een passende keuze te maken uit de analyses en op betrouwbare wijze de ontvangen resultaten te interpreteren in het kader van de klinische context.
Een voortdurende bijscholing is essentieel gezien de snelle evolutie van de geneeskunde.Elke aanvrager moet zich bij de keuze van zijn laboratorium laten leiden door de kwaliteit van de analyses, de professionele integriteit van de biologen, de mogelijkheden tot overleg, de beschikbaarheid en de continuïteit van de verzorging.
Het aanvragen van onderzoekingen mag geen enkel direct of indirect materieel voordeel meebrengen voor de aanvrager :
- ereloonverdeling tussen aanvrager en bioloog is ten strengste verboden;
- elke vergoeding voor monsterafname, inclusief geschenken, is verboden.
Wanneer de aanvrager vennoot is van een laboratorium of van een verzorgingsinstelling die over een laboratorium beschikt, dient hij erover te waken dat he geïnvesteerde kapitaal enkel een normale interest opbrengt. Elke correlatie tussen de door hem gevraagde onderzoekingen en het rendement van het door hem geïnvesteerde kapitaal moet beschouwd worden als een vorm van dichotomie.
Wanneer de aanvrager werkzaam is in een verzorgingsinstelling, mag er geen enkel verband bestaan tussen zijn inkomen en het aantal analyses van klinische biologie dat hij voorschrijft.
Wanneer in een verzorgingsinstelling een honorariumpool bestaat met inbegrip van de klinische biologie, mag er bij de poolverdeling geen enkele correlatie bestaan tussen het deel dat een geneesheer ontvangt en het aantal door hem gevraagde analyses.
De geneesheer-aanvrager die als connexist de klinische biologie uitoefent en van deze mogelijkheid afziet mag hiervoor op geen enkele wijze enige vergoeding ontvangen.
Wanneer de aanvrager zelf een reeks onderzoekingen mag uitvoeren, maar deze voor een ander bevoegd persoon laat doen, geeft hem dit geen recht op enige vergoeding.
Vergoedingen voor monsterafname, verzending, advies of interpretatie zijn verboden.Het aanvragen van onnodige onderzoekingen is een deontologische fout, zelfs wanneer dit geen direct of indirect voordeel meebrengt.
II. Gedragsregels voor de geneesheer-bioloog
De geneesheer-bioloog zal de gevraagde onderzoekingen op een wetenschappelijk verantwoorde wijze uitvoeren en de bekomen resultaten, voorzien van de voor de interpretatie noodzakelijke inlichtingen met de nodige spoed aan de aanvrager bezorgen.
Hiervoor dient de geneesheer-bioloog over de noodzakelijke infrastructuur en voldoende geschoold personeel te beschikken.Om de kwaliteit van het laboratorium op peil te houden, moet de geneesheer-bioloog regelmatig interne en externe kwaliteitscontroles laten uitvoeren.
De geneesheer-bioloog dient de monsters bestemd voor onderzoekingen die zijn bevoegdheid of mogelijkheden overschrijden, tijdig aan daarvoor bevoegde laboratoria over te maken.
Hiervoor mag hij geen enkele vergoeding ontvangen.De geneesheer-bioloog dient kliënteel te verwerven door de kwaliteit van zijn werk, zijn professionele integriteit, zijn bereidheid tot overleg met de aanvrager, zijn beschikbaarheid en de wijze waarop hij de continuïteit van de verzorging waarborgt.
De geneesheer-bioloog mag geen enkel direct of indirect materieel voordeel verstrekken aan de aanvrager :
- ereloonverdeling is ten strengste verboden;
- vergoedingen, inclusief geschenken, voor monsterafname, verzending, advies of interpretatie zijn verboden;
- voorstellen in die zin zijn eveneens verboden.
De aanvraagformulieren zo nodig vergezeld van de onmisbare klinische gegevens, moeten beantwoorden aan de door de Orde reeds eerder uitgevaardigde richtlijnen.
In het antwoord moeten de resultaten van de gevraagde analyses en deze van de analyses die na eventueel overleg met de aanvrager toegevoegd werden, duidelijk gespecifieerd worden.
Aanvraag en afschrift van antwoord moeten gedurende drie jaar worden bewaard.Wanneer de geneesheer-bioloog analyses niet gerechtvaardigd of overbodig vindt, dient hij de aanvrager te contacteren;
Hij mag zich niet verschuilen achter de verantwoordelijkheid van de geneesheer-aanvrager.De geneesheer-bioloog dient zich te houden aan de gevraagde analyses.
Hij heeft het recht bijkomende analyses uit te voeren indien deze op grond van de klinische gegevens en de bekomen resultaten nodig lijken.
Hij mag deze supplementaire analyses slechts aanrekenen als hij deze kan rechtvaardigen.De geneesheer-bioloog is verantwoordelijk voor de opgestelde honorariumnota's.
Indien hij in een instelling werkzaam is moet hij, in overleg met de directie, een formule uitwerken die reëel toezicht geeft op de facturatie.De geneesheer-bioloog moet zijn contract met de directie voorafgaandelijk aan de Provinciale Raad van de Orde der Geneesheren voorleggen. In dit contract moet rekening gehouden worden met de bepalingen van de Code van Geneeskundige Plichtenleer en onderhavige regels.
De geneesheer-bioloog dient zijn contract zo nodig aan de door de Raad gemaakte opmerkingen aan te passen.De geneesheer-bioloog kan zich bij niet naleving der hogervermelde punten niet verschuilen achter de directie of de raad van Beheer van het laboratorium. Hij is verplicht hun aandacht op deze punten te vestigen en desnoods onmiddellijk contact op te nemen met de Provinciale Raad van de Orde.
III. Gedragsregels voor de geneesheer-connexist
De geneesheer-connexist moet zich beperken tot de noodzakelijke laboratoriumonderzoekingen :
- hierbij zal de geneesheer zich laten leiden door zijn klinische zin, de ernst en de urgentie van het klinisch probleem;
- het systematisch uitvoeren van uitgebreide reeksen analyses bij een eerste onderzoek evenals té frequente controles zijn verboden;
- wanneer het klinisch probleem zijn bevoegdheid overschrijdt, zal de geneesheer-connexist op een specialist ter zake beroep doen.
De geneesheer-connexist zal de onderzoekingen op een wetenschappelijk verantwoorde wijze uitvoeren. Hiervoor dient hij over de noodzakelijke infrastructuur en voldoende geschoold personeel te beschikken.
Gezien de snelle evolutie van de geneeskunde, dient de geneesheer-connexist aan voortdurende bijscholing te doen.
Om de kwaliteit van zijn laboratorium op peil te houden, moet de geneesheer-connexist regelmatig interne en externe kwaliteitscontroles laten uitvoeren.
Wanneer de geneesheer-connexist onderzoekingen laat verrichten door een ander laboratorium, gelden voor hem alle gedragsregels als bepaald voor de geneesheer-aanvrager.
De geneesheer-connexist is eveneens verplicht de hiernavolgende gedragsregels voor de geneesheer-bioloog na te leven.
II. 5. De geneesheer-bioloog mag geen enkel direct of indirect materieel voordeel verstrekken aan de aanvrager :
- ereloonverdeling is ten strengste verboden;
- vergoedingen, inclusief geschenken, voor monsterafname, verzending, advies of interpretatie zijn verboden;
- voorstellen in die zin zijn eveneens verboden.
II. 9. De geneesheer-bioloog is verantwoordelijk voor de opgestelde honorariumnota's.
Indien hij in een instelling werkzaam is moet hij, in overleg met de directie, een formule uitwerken die reëel toezicht geeft op de facturatie.II. 10. De geneesheer-bioloog moet zijn contract met de directie voorafgaandelijk aan de Provinciale Raad van de Orde der Geneesheren voorleggen. In dit contract moet rekening gehouden worden met de bepalingen van de Code van Geneeskundige Plichtenleer en onderhavige regels.
De geneesheer-bioloog dient zijn contract zo nodig aan de door de Raad gemaakte opmerkingen aan te passen.II. 11. De geneesheer-bioloog kan zich bij niet naleving der hogervermelde punten niet verschuilen achter de directie of de raad van Beheer van het laboratorium. Hij is verplicht hun aandacht op deze punten te vestigen en desnoods onmiddellijk contact op te nemen met de Provinciale Raad van de Orde.