keyboard_arrow_right
Deontologie

Jaarlijkse uitnodiging vanwege de huisartsen tot griepvaccinatie van hun patiënten met verhoogd risico

Twee provinciale raden wensen het standpunt van de Nationale Raad te kennen betreffende een verzoek om advies van de Taakgroep Preventie van de Wetenschappelijke Vereniging van Vlaamse Huisartsen vzw (WVVH) in verband met een door de huisartsen te versturen jaarlijkse actieve uitnodiging tot griepvaccinatie van hun patiënten met verhoogd risico. De WVVH vraagt tevens welke van zijn vier als bijlage gevoegde typebrieven de goedkeuring van de Nationale Raad wegdraagt.

Op 11 december 1999 bracht de Nationale Raad onderstaand advies uit :

De Nationale Raad is overtuigd van de opportuniteit om de hiervoor in aanmerking komende risicopatiënten preventief uit te nodigen tot jaarlijkse griepvaccinatie, dit ten bate van de volksgezondheid in het algemeen en van de gezondheid van die patiëntenpopulatie in het bijzonder.

Naar praktische implementatie toe verwijst de Nationale Raad dan ook naar zijn daaromtrent uitgebrachte adviezen van 20 januari 1990 en 20 april 1996.

Ter maximale vrijwaring van de vrije keuze van arts door de patiënt vindt de Nationale Raad het aangewezen dat dergelijke uitnodiging zou uitgaan van de kring van disciplinegenoten uit de regio en dit in naam van al deze disciplinegenoten.

Geen enkele van de vier voorgestelde typebrieven voldoet aan de hierboven gestelde voorwaarden.

Een kopie van dit advies wordt overgemaakt aan de andere provinciale raden.

Advies van de Nationale Raad van 20 januari 1990 :

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 20 januari 1990 kennisgenomen van uw brief van 20 december 1989 met betrekking tot geneesheren-specialisten die hun patiënten oproepen voor een preventief onderzoek.

Het is aangewezen dat bij de planning van noodzakelijk preventieve onderzoeken huisarts en specialist samenwerken.

Oproepingen voor preventieve doeleinden kunnen enkel mits vermelding dat de patiënt eveneens in deze omstandigheid zich kan richten tot de geneesheer van zijn keuze.

Advies van de Nationale Raad van 20 april 1996 :

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 20 april 1996 kennis genomen van uw brief van 26 maart 1996 betreffende het advies van de Nationale Raad van 20 januari 1996 aangaande de vraag of een huisarts patiënten mag aanschrijven of opbellen om hen aan te sporen tot preventie.

Het advies van 20 januari 1990 (Tijdschrift nr. 48 - Juni 1990, blz. 19) geldt zowel voor huisartsen als voor specialisten.

In het kader van algemene preventiecampagnes mag de geneesheer de patiënt individueel aansporen tot preventie in zoverre de vrije keuze van de arts door de patiënt is gewaarborgd. Het komt de Provinciale Raad toe daarop toe te zien en in voorkomend geval de nodige maatregelen te treffen.

In een reactie op dit advies, stelt de WVVH "dat de implementatie via een brief die uitgaat van de regionale kring niet praktisch haalbaar zal zijn en dat een belangrijk deel van de risicopopulatie de nuttige vaccinatie daardoor niet zal krijgen". Volgende werkwijze wordt daarom ter advies voorgelegd : "De Orde der geneesheren stelt voor gans Vlaanderen een uniforme uitnodigingsbrief op, [...]. De huisarts stuurt deze brief, door hem ondertekend [...], naar zijn patiënten met verhoogd risico."

Antwoord van de Nationale Raad :

Naar praktische haalbaarheid en optimale opvolging toe, stelt de Nationale Raad volgende strategie voor.

Onder hoofding van de lokale huisartsen(wacht)kring wordt ter attentie van de risicopatiënten door de kring een uitnodiging tot griepvaccinatie door een arts van hun keuze, opgesteld en ondertekend door de bestuursleden van de kring.

Deze typebrief wordt in veelvoud aan alle huisartsen van de regio (al dan niet kringleden) bezorgd, die hem op hun beurt toesturen, zonder persoonlijke identificatie, aan alle hen bekende risicopatiënten.