keyboard_arrow_right
Deontologie

Orgaandonatie - Vaststelling van het overlijden

Wegens het dalend aantal nieren die weggenomen worden bij hersendode patiënten, wordt alsmaar meer een beroep gedaan op het wegnemen van organen bij "non-heart-beating donoren". Dit zijn patiënten waarbij de behandelende arts het overlijden aan een circulatiestilstand vaststelt na een mislukte reanimatiepoging. De nieren van deze patiënten kunnen gebruikt worden voor transplantatie wanneer zij d.m.v. een via de lies ingebrachte catheter in situ gespoeld konden worden met koude preservatievloeistof. De tijd tussen de circulatiestilstand en het starten van de perfusie mag niet langer zijn dan 30 minuten. De nefrectomie moet plaatsvinden 1 tot anderhalf uur na het starten van de perfusie.
Met het oog op het invoeren van deze procedure verzoekt de commissie voor medische ethiek van een ziekenhuis de Nationale Raad om advies betreffende de regels die gevolgd dienen te worden bij deze wegnemingen.

Advies van de Nationale Raad:

De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 19 februari 1994 volgend advies verleend aangaande de regels die moeten in acht genomen worden voor het wegnemen van nieren kort nadat het overlijden op cardio-respiratoire criteria werd vastgesteld (non-heart-beating nierdonoren).

  1. De Nationale Raad verwijst naar de wet van 13 juli 1986 betreffende het wegnemen en transplanteren van organen en naar zijn advies van 20 oktober 1984 (OFFICIEEL TIJDSCHRIFT ORDE DER GENEESHEREN, NR. 33, 1984-1985, P. 32).
  2. De Nationale Raad verwijst naar zijn advies van 20 juni 1992 betreffende het wegnemen van een orgaan of weefsel 'a froid' (TIJDSCHRIFT NATIONALE RAAD ORDE DER GENEESHEREN, NR. 57, SEPTEMBER 1992, P. 32).
  3. Het overlijden van de donor moet worden vastgesteld door drie geneesheren, met uitsluiting van de geneesheren die de receptor behandelen of die de wegneming of de transplantatie zullen verrichten.

In afwijking van het advies van 20 juni 1992 zal het overlijden worden vastgesteld door drie geneesheren.

In afwijking van het advies van 20 oktober 1984 kunnen deze geneesheren tot dezelfde discipline behoren.
Deze geneesheren vermelden in een gedagtekend en ondertekend protocol de datum en het uur van het overlijden en de wijze waarop het werd vastgesteld. Dat protocol wordt bewaard in het medisch dossier van de donor. Van zodra het overlijden werd vastgesteld kan een koude perfusie worden ingesteld.
Tot wegname van de nieren (of andere organen) kan eerst worden overgegaan nadat voldaan is aan wat bepaald werd in art. 10 van de wet van 13 juni 1986.
Hoofdstuk III van de wet van 13 juni 1986 is bijgevolg volledig van toepassing.