Vroegtijdig verlaten van ziekenhuis door COVID-19-patiënt - Verantwoordelijkheid van de arts
De nationale raad beraadde zich over de vraag wat de arts mag ondernemen indien de patiënt het zorgcentrum/ziekenhuis verlaat en hierdoor de maatregelen overtreedt en andere personen in gevaar brengt (cf. Vragen en Antwoorden (maart, april, mei 2020) gepubliceerd op www.ordomedic.be, rubriek COVID-19).
Een zorgcentrum/ziekenhuis dat instaat voor de zorg aan COVID-19-patiënten heeft niet de wettelijke bevoegdheid patiënten te verhinderen de zorginstelling te verlaten.
De zorgverleners binnen de zorginstelling zijn gehouden tot het beroepsgeheim. Evenwel kunnen zij zich, na een afweging tussen het belang van het beroepsgeheim en het risico op besmetting en het gevaar voor de volksgezondheid, beroepen op de noodtoestand en de bevoegde instanties of personen op de hoogte brengen van de problematiek, bijvoorbeeld de nachtopvangdiensten, de naasten van de patiënt of de dienst infectiebestrijding.
Het is van belang om, in eerste instantie, goed te communiceren met de patiënt, de maatregelen op een duidelijke manier uit te leggen, alsook de gevolgen die de patiënt veroorzaakt door het vroegtijdig verlaten van de instelling.
De nationale raad verwijst tevens naar zijn advies Hoe de arts dient te handelen indien een patiënt weigert zich te laten testen op COVID-19 of weigert de verplichte maatregel van quarantaine na te leven van 19 september 2020 (a167027).