Toxicomanie
De Commissie "Toxicomanieproblematiek" legt aan de Raad haar rapport voor aangaande de deontologische principes betreffende de verslaving aan hard drugs.
De tekst wordt goedgekeurd en zal bezorgd worden aan de voorzitters van de provinciale raden.
De Nationale Raad heeft in zijn vergadering van 17 oktober 1992 de tekst van de deontologische principes inzake verslaving aan hard drugs goedgekeurd. U vindt als bijlage deze tekst.
Verslaving aan hard drugs: deontologische principes
De ambulante evenzeer als de intramurale behandeling van drugverslaafden met vervangingsmiddelen moet tot doel hebben een verslaving aan "hard drugs" op te heffen. Iedere behandeling van een drugverslaafde waarbij vervangingsmiddelen aangewend worden, moet voorafgegaan worden door een evaluatiefase. Deze evaluatie dient uitgevoerd te worden door een gespecialiseerd multidisciplinair team dat de werkelijkheid en de ernst van de verslaving nagaat en de patiënt begeleidt bij de keuze tussen de verschillende behandelingswijzen aangepast aan zijn concreet geval. Het evaluatieteam bezorgt de behandelende geneesheer al de noodzakelijke anamnestische gegevens. Dit team is bij voorkeur verschillend van het team dat de behandeling op zich neemt.
Iedere geneesheer die vervangingsmiddelen als behandeling toepast, dient over de nodige bevoegdheid en de nodige ervaring hieromtrent te beschikken. Teneinde het gehele psychosociale probleem van de patiënt op te vangen, moet de alleenstaand geneesheer die dergelijke behandeling uitvoert nauwe betrekkingen blijven onderhouden met een multidisciplinair team dat bestaat uit onder meer een psychiater, psycholoog en maatschappelijk werker.
In het raam van deze behandeling, waarbij slechts een beperkt aantal drugverslaafden betrokken mogen zijn, dient de geneesheer zich te vergewissen van de identiteit van de patiënt; hij dient van bij de aanvang over een adequaat dossier te beschikken dat stipt wordt bijgehouden. Hij moet de nodige strategische maatregelen treffen voor een adequate controle op het voorschrift, de aflevering en het exclusieve verbruik van het vervangingsmiddel. Te dien einde moeten de controles regelmatig en onverwachts uitgeoefend worden.
Het afbouwschema dat het opheffen van de verslaving binnen een redelijke termijn beoogt, moet uit vrije wil onderschreven worden door de patiënt. De evaluatie van het verloop moet niet enkel gebeuren op het niveau van het multidisciplinaire team, maar tevens, voor de evaluatie op langere termijn, door een daartoe aangewezen instantie (1). Deze kan de behandeling doen stopzetten wanneer geen resultaat opgetreden is na een afdoende periode. Contractbreuk geeft aanleiding tot het stopzetten van de behandeling door de geneesheer.
De toediening van vervangingsmiddelen mag enkel langs orale weg gebeuren, in een door de patiënt niet manipuleerbare vorm, aan de door de geneesheer voorgeschreven dosissen en hetzij in een apotheek, hetzij in een daartoe bevoegd centrum dat gekozen is met instemming van de patiënt.
Krisistoestanden mogen uitsluitend behandeld worden door de medische centra die hiertoe bevoegd zijn.
(1) In principe door de Provinciale geneeskundige commissie en/of met instemming van de Orde der geneesheren