Influenza A/H1N1 – Vaccinatie - Perscommuniqué
De Nationale Raad heeft in zijn zitting van 24 oktober 2009 kennis genomen van de wet van 16 oktober 2009 die machtigingen verleent aan de Koning in geval van een griepepidemie of -pandemie en van een ontwerp van koninklijk besluit houdende oprichting van een federale gegevensbank betreffende de vaccinaties met het anti-A/H1N1-griepvirusvaccin.
De Nationale Raad is van oordeel dat de arts - door het aanleveren van de in het ontwerp van koninklijk besluit gevraagde persoonsgegevens aan de federale gegevensbank voor registratie - het beroepsgeheim niet schendt en dat deze mededeling geen inbreuk maakt op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
Naast een raadgevende stem in het beheerscomité van het eHealth-platform wordt verwezen naar de Nationale Raad (artikel 6 van het ontwerp van koninklijk besluit betreffende het ontsluiten van de gecodeerde gegevens) als een bijkomende garantie ter bescherming van het beroepsgeheim
De Nationale Raad is, zoals artsen en artsenverenigingen, van mening dat de voorgestelde oprichting van een federale gegevensbank en de modaliteiten van registratie meerdere inhoudelijke vragen en praktische objecties oproept.
Wat de voorgestelde registratie via het eHealth-platform betreft verwijst de Nationale Raad naar de website van het eHealth-platform zelve (www.ehealth.fgov.be) dat "de toetreding tot het eHealth-platform niet verplicht is en gebeurt op vrijwillige basis".
Het verplicht gebruik van het eHealth-platform voor registratie komt ongelegen op het ogenblik dat de incidentie van de nieuwe variant van de A/H1N1 griep exponentiële vormen aanneemt en de bijhorende werkload de arts niet toelaat de functionaliteit van dit platform ideaal aan te wenden, zonder de kwaliteit van de zorgverlening in het gedrang te brengen.
De Nationale Raad is van oordeel dat een registratie in de specifieke omstandigheden van een grieppandemie te rechtvaardigen is.
In de huidige omstandigheden adviseert de Nationale Raad aan alle vaccinerende artsen, ongeacht het gebruik van het eHealth-platform, om in elk geval alle noodzakelijke gegevens te registreren in het eigen medisch dossier, in voorkomend geval het GMD, en dan ook nauwgezet de farmacovigilantie op te volgen via de gangbare kanalen zoals reeds voorzien via het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG - AFMPS).