keyboard_arrow_right
Deontologie

Arteriële bloeddruk

De Nationale raad wordt door de Minister van Volksgezondheid om advies verzocht in verband met het invoeren in België van een elektronisch apparaat waardoor het publiek in de mogelijkheid zou worden gesteld om op openbare plaatsen (stations, shopping centra, apotheken, enz.) zijn systolische en diastolische bloeddruk te kennen via een optisch beeld en een gedrukte kaart.

Advies van de Nationale raad (brief van 30 april 1980):

Naar aanleiding van Uw schrijven aangaande het installeren van automatische bloeddrukmeters op openbare plaatsen in ons land, heb ik het genoegen U mede te delen dat de Nationale raad van oordeel is dat het niet tot zijn bevoegdheid behoort zich over het gebruik van dergelijke toestelen uit te spreken en de Academiën voor Geneeskunde ter zake om advies zouden moeten worden gevraagd.

De Nationale raad is evenwel van oordeel dat het apparaat in kwestie tot automedicatie kan aanzetten en de gebruiker zich, op grond van de verstrekte gegevens, in zijn toestand kan vergissen aangezien deze cijfers enkel kunnen worden geïnterpreteerd door een geneesheer die de persoon kent.

De arteriële bloeddruk vormt trouwens slechts een onderdeel van de diagnose die de geneesheer moet helpen bij het opstellen van een circulatoire balans van de patiënt.