Zelfcontrole van glucose in het bloed
Overeenkomstig de beslissing die genomen werd op 9 juni 1990, wordt aan de Raad het ontwerp-antwoord voorgelegd dat gericht is aan de U.H.A.K. (zie hogerop pag. 31). De Raad hecht zijn goedkeuring aan dit ontwerp.
Advies van de Nationale Raad:
Uw schrijven van 12 maart 1990 werd op de Nationale Raad op 21 april 1990 en op 9 juni 1990 besproken in het licht van het advies van de Nationale Raad dd. 17/6/1989 (Tijdschrift nr 46, blz. 33).
Het standpunt blijft wat de ziekenhuizen betreft onveranderd. Het is duidelijk dat dit in geen enkel geval aanleiding mag geven tot publiciteit noch ronselen van patiënten.
Teneinde dit risico beter te voorkomen en terzelfdertijd de taak van de behandelende arts te beklemtonen, is de Nationale Raad er voorstander van dat de behandelende arts zou ingeschakeld worden bij het voorschrift van de middelen tot zelfkontrole thuis van de glucose in het bloed bij diabetespatiënten, dit met het oog op een goede samenwerking tussen die behandelende arts en de centra, ten bate van de patiënt.