Code van medische deontologie

Hoofdstuk 4: De professionele samenwerking tussen artsen

print
16/03/2002
Artikel 165

De vereniging zonder winstoogmerk

§1. In het kader van hun professionele samenwerking kunnen artsen overgaan tot de oprichting van een vzw. Hierbij dienen zij zich ervan te vergewissen dat de wettelijke regelen terzake, onder meer artikel 1 van de Wet van 27 juni 1921, nageleefd worden en dat voldaan wordt aan de voorwaarden voorzien in de hierna volgende paragrafen 2 en 3.

§2. Artikel 159, en in het bijzonder §1, laatste alinea, is onverminderd van toepassing.

In afwijking van artikel 159, §3, kan een vzw opgericht worden tussen artsen en professionele (eenpersoons)vennootschappen van artsen met rechtspersoonlijkheid.

§3. Artsen kunnen overgaan tot de oprichting van een vzw waarvan het statutair doel zich beperkt tot dienstverlening op het gebied van de organisatie en administratie van hun professionele activiteit.

Indien het statutair doel van een vzw erin bestaat om door een pooling van kosten en/of een gemeenschappelijke inbreng van de vereiste middelen de uitoefening van de geneeskunde voor haar leden te vergemakkelijken en te bevorderen, dienen mutatis mutandis de bepalingen van artikel 164 nageleefd te worden.

Indien het statutair doel van de vzw de uitoefening van de geneeskunde is door haar leden, dienen mutatis mutandis de bepalingen van artikel 162 nageleefd te worden.

Oudere versies
19/01/1991

De vereniging zonder winstoogmerk

§1. Elke arts die in toepassing van artikel 159 in samenwerkingsverband werkt, moet de andere leden of vennoten inlichten over elke opgelopen disciplinaire, correctionele of administratieve veroordeling met weerslag op de gemeenschappelijke beroepsuitoefening.

§2. De overeenkomst, de statuten of het huishoudelijk reglement bepalen onder welke voorwaarden een arts tijdelijk of definitief kan worden uitgesloten.

De bepalingen van Titel IV - Hoofstuk IV met betrekking tot artsen-vennootschappen met rechtspersoonlijkheid zijn mutatis mutandis toepasselijk op een éénpersoonsvennootschap.

20/06/1987

De vereniging zonder winstoogmerk

§1. Elke arts die in toepassing van artikel 159 in samenwerkingsverband werkt, moet de andere leden of vennoten inlichten over elke opgelopen disciplinaire, correctionele of administratieve veroordeling met weerslag op de gemeenschappelijke beroepsuitoefening.

§2. De overeenkomst, de statuten of het huishoudelijk reglement bepalen onder welke voorwaarden een arts tijdelijk of definitief kan worden uitgesloten.

01/01/1975

De vereniging zonder winstoogmerk

De statuten of overeenkomsten moeten bepalen dat de arts die een tuchtstraf oploopt waarbij hij geschorst wordt, de voordelen van het contract verliest voor de duur van de schorsing.