De arts die in het openbaar communiceert, doet dit objectief en met inachtneming van de deontologische regels.
De arts die samen met een patiënt publieke informatie verstrekt, zorgt ervoor dat de patiënt goed is geïnformeerd en vrij heeft toegestemd. Hij waakt over de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en de waardigheid van de patiënt.
1. Algemeen
Aangezien medische informatie de bevolking voornamelijk bereikt via de media, is het aanbevolen dat het artsenkorps zijn medewerking verleent aan deze initiatieven. Het is wenselijk met de pers te spreken om informatie te verstrekken aan het publiek, maar men moet erop letten dat deze informatie waarheidsgetrouw, objectief, relevant, verifieerbaar, discreet en duidelijk is. Ze mag in geen geval misleidend zijn.
Wanneer patiënten samen met de arts betrokken zijn bij deze contacten met de media, dient de arts zich ervan te vergewissen dat deze patiënten nauwgezet werden ingelicht, dat zij hun toestemming gaven en dat hun persoonlijke levenssfeer en hun waardigheid worden geëerbiedigd. De fysieke en psychische integriteit van de patiënt moet te allen tijde worden gerespecteerd.
Wanneer de arts deelneemt aan een radio- of tv-uitzending of een andere medische informatieverspreiding via digitale of andere weg (webinars, lezingen, ...), dient hij het publiek met de nodige bescheidenheid eerlijk, duidelijk en objectief te informeren. Hij zal zijn medewerking aan de media slechts verlenen onder de strikte voorwaarden van het eerbiedigen van het beroepsgeheim en zal erop toezien dat zijn tussenkomst geen eventuele raadpleging of persoonlijke reclame wordt.
In zijn advies van 7 februari 2015 (a148006) belicht de nationale raad algemeen de deontologische houding die de arts moet aannemen wanneer hij zich op digitale media begeeft of betrokken is bij communicatie via deze weg.
Bij een steeds groeiend aandeel van digitale toepassingen in de uitoefening van de geneeskunde en gezien de voortdurende evolutie in de digitale wereld, werkt de nationale raad aan een actualisering van zijn standpunten en thematieken met betrekking tot dit advies a148006, o.m. wat betreft de verwijzing naar de huidige sociale netwerken, de actuele regelgeving inzake privacy, de verwijzingen naar de Code van medische deontologie (2018) en zijn commentaar (2019), overeenkomstig zijn recentste deontologische richtlijnen wat betreft de publiciteit door artsen, professionele websites van artsen, telegeneeskunde, digitale veiligheid en cybercriminaliteit, e-reputatie, ...
2. Adviezen van de nationale raad
- Voorzichtigheid van de arts tegenover cybercriminaliteit (Advies NR 25 februari 2023, a170006)
- Samenwerking van artsen met beauty clinics, schoonheids-, wellness- en verzorgingscentra (Advies NR 10 december 2022, a169027)
- Communicatie in tijden van een gezondheidscrisis (Advies NR 4 juni 2021, a168011)
- e-Reputatie - Evaluatie van artsen op onlineplatforms dossiers (Advies NR 14 december 2019, a166020)
- Artsen en digitale media (Advies NR 7 februari 2015, a148006)De nationale raad werkt aan een actualisering van dit advies.
- Publicatie in of communicatie met de media door een lid of een gewezen lid van een orgaan van de Orde (Advies NR 19 januari 2013, a140012)
- Deelname van artsen aan televisie-uitzendingen, docusoaps en artikels in de pers (Advies NR 16 juli 2011, a134009)
- De arts en de geschreven pers (Advies NR 20 september 2008, a122004)
- Publiciteit - Nieuwe ziekenhuisdienst, nieuw diagnose- of behandelingsapparaat (Advies NR 24 juni 2006, a113002)
- Reclame en Ziekenhuisgeneeskunde (Advies NR 18 februari 1995, a068024)
3. Wettelijke bepalingen
4. Informatie - Documentatie - Links
5. Trefwoorden
cybercriminaliteit – digitale veiligheid - gezondheidspromotie - gezondheidsvoorlichting en -opvoeding - media- persoonlijke levenssfeer - publiciteit - reclame - volksgezondheid