De arts gebruikt verantwoord de middelen van de maatschappij.
Hij doet geen onnodig dure of overbodige onderzoeken, behandelingen of verstrekkingen, zelfs niet op vraag van de patiënt.
Hoofdstuk 5: Verantwoordelijkheid
De arts gebruikt verantwoord de middelen van de maatschappij.
Hij doet geen onnodig dure of overbodige onderzoeken, behandelingen of verstrekkingen, zelfs niet op vraag van de patiënt.
De arts streeft ernaar de middelen van de gezondheidzorg zo goed mogelijk te gebruiken ten voordele van de patiënten en de maatschappij.
De arts staat in voor zijn medische keuzes ten opzichte van de patiënt (op individueel vlak) en ten opzichte van de gemeenschap (op collectief vlak). De behandelkeuzes worden in overleg en in samenspraak met de patiënt (shared decision making) genomen.
In de uitoefening van zijn therapeutische vrijheid dient hij oog te hebben voor de bescherming van de volksgezondheid en van het optimale gebruik van de middelen van de gemeenschap, die beperkt zijn, in een context van solidariteit en rechtvaardigheid.
Het al dan niet tussenkomen van de ziekteverzekering in de erelonen of geneesmiddelen rechtvaardigt nooit het verrichten van onnodig dure of overbodige onderzoeken, behandelingen of verstrekkingen.
diagnostische en therapeutische vrijheid - overconsumptie - sociale zekerheid - professionele autonomie - sociale verantwoordelijkheid van de arts - therapeutische verantwoordelijkheid