De arts met een deskundige, adviserende of controlerende opdracht voert deze uit volgens de wettelijke regels, de deontologische principes, met respect voor de betrokkene en met inachtneming van de beperkingen eigen aan zijn opdracht en functie. Deze opdrachten zijn onverenigbaar met die van behandelend arts.
De behandelende arts kan zijn patiënt in deze procedures bijstaan als persoonlijke raadgever.
De arts deelt de betrokkene vooraf de hoedanigheid mee waarin hij optreedt.
1. Algemeen
De beoordeling van de gezondheidstoestand van een persoon maakt deel uit van de geneeskunde en valt onder het toepassingsgebied van de wet betreffende de rechten van de patiënt.
De arts dient zijn opdracht altijd onafhankelijk en objectief te vervullen. Hij stelt zijn medische besluiten op in vrijheid en volgens zijn geweten.
De arts die belast is met een beoordelingsopdracht, moet vooraf aan de patiënt meedelen in welke hoedanigheid hij optreedt, welke opdracht hij heeft en wie toegang zal hebben tot de gegevens die hij zal verkrijgen.
De beoordeling wordt uitgevoerd op aanvraag van de patiënt, van een derde (openbare overheid of private persoon) of op basis van de wet. Ze gebeurt in een gerechtelijk of buitengerechtelijk kader (minnelijk of unilateraal). De artsen die ertoe worden gebracht deze beoordeling uit te voeren hebben verschillende opdrachten; sommige ervan zijn wettelijk bepaald.
Het is nodig dat de beoordelaar voldoende bekwaamheid bezit in het domein waarover hij moet oordelen. Een bijkomend advies vragen aan domeindeskundigen ("sapiteur") is noodzakelijk indien de problematiek sterk afwijkt van de beroepsopleiding van de beoefenaar.
De gerechtsdeskundigen zijn gebonden door een specifieke deontologische code.
Wanneer de beoordeling van de gezondheidstoestand gebeurt op aanvraag van de patiënt, kan ze worden uitgevoerd door een raadsarts (doorgaans adviserend arts genoemd) gekozen door de patiënt om hem te vertegenwoordigen en zijn belangen te verdedigen. Deze arts kan de behandelend arts van de patiënt zijn.
Overigens voert iedere behandelend arts die een medisch getuigschrift opstelt of documenten invult nodig voor het verkrijgen van een sociaal of contractueel voordeel strictu sensu een medische beoordeling uit (art. 26, CMD 2018).
De medische deontologie verbiedt om de rol van zorgverlener met een therapeutische relatie en de beoordeling van de gezondheidstoestand van een zelfde patiënt tegelijk te vervullen wanneer deze aanvraag uitgaat van een derde. De finaliteit van de zorg die het verkrijgen van persoonsgegevens tijdens een therapeutische relatie rechtvaardigt, is niet verenigbaar met een beoordeling van de gezondheidstoestand van de patiënt in opdracht van een derde. Deze beoordeling kan slechts gebeuren wanneer de patiënt ermee instemt of wanneer ze is gebaseerd op de wet. De grondslag van de therapeutische relatie is het vertrouwen. Door de vertrouwelijke mededelingen van zijn patiënt en de inlichtingen vernomen tijdens de therapeutische relatie te gebruiken voor een beoordeling in opdracht van een derde, beschaamt de arts dit vertrouwen. Dit is evenwel niet het geval wanneer de arts handelt op verzoek van de patiënt.
2. Adviezen van de nationale raad
- Overleden patiënt - Informatie aan de verzekeringsmaatschappij (Advies NR 17 maart 2023, a170008)
- Honoraria - "succesfee" (Advies NR 25 februari 2023, a170007)
- Het medisch beroepsgeheim van de arts ondervraagd door een justitieassistent (Advies NR 19 november 2022, a169026)
- Second opinion – Initiatief van een verzekeringsmaatschappij (Advies NR 19 november 2022, a169025)
- Aanwezigheid van een raadsman en een andere gezondheidszorgbeoefenaar tijdens het deskundigenonderzoek ingesteld door de provinciale geneeskundige commissie (Advies NR 19 maart 2022, a169007)
- Medisch document nodig voor het afsluiten of het uitvoeren van een verzekeringscontract sector leven ingevuld door een behandelend arts (Advies NR 11 december 2021, a168026)
- Controlegeneeskunde – Deontologische richtlijnen (Advies NR 16 oktober 2021, a168016)
- Toepassing van het evenredigheidsbeginsel en het beginsel van minimale gegevensverwerking door de arts-gerechtelijk deskundige (Advies NR 20 maart 2021, a168006)
- Inschakeling van een videoconferentie tijdens de gerechtelijke medische expertise (Advies NR 20 maart 2021, a168005)
Samenwerking tussen de politie, het openbaar ministerie en de ziekenhuizen – Deontologische beginselen (Advies NR 27 juli 2020, a167039)
Teleconsultatie met een arts via een verzekeringsinstelling (Advies NR 17 oktober 2020, a167036)
Samenwerking tussen de politie, het openbaar ministerie en de ziekenhuizen – algemene beginselen (Advies NR 30 april 2020, a167013)
- Inzage in de medische gegevens van een persoon door de arts die zijn gezondheidstoestand dient te beoordelen (Advies NR 15 februari 2020, a167002). cf. advies van 11 december 2021 (a168026)
- Geneeskundig deskundigenonderzoek - Aanwezigheid van de advocaat tijdens het klinisch onderzoek (Advies NR 21 september 2019, a166008)
- Medisch document nodig voor het afsluiten of uitvoeren van een verzekeringscontract sector leven ingevuld door een behandelend arts (Advies NR 15 september 2018, a162008) cf. advies van 11 december 2021 (a168026)
- Aanwezigheid van de persoon wiens gezondheidstoestand aan een expertise onderworpen wordt bij de discussie tussen de artsen-deskundigen en de adviserend artsen in het kader van een minnelijk medisch of een gerechtelijk contradictoir deskundigenonderzoek (Advies NR 6 mei 2017, a157007)
- Christelijke mutualiteit - Second opinion in een universitair ziekenhuis (Advies NR 8 april 2017, a157003-R)
- Onverenigbaarheid tussen de rol van zorgverlener met een therapeutische relatie en de rol van adviseur, controleur of deskundige (Advies NR 8 april 2017, a157002)
- Adviserend geneesheer van een ziekenfonds - Inlichtingen te verstrekken door de behandelende geneesheer (Advies NR 19 juni 1999, a086003)
3. Wettelijke bepalingen
- Koninklijk besluit van 1 juni 2021 betreffende de aanduiding van de controleartsen en artsen-scheidsrechters, en betreffende de klachtenprocedure, BS 18 juni 2021
- Art. 458, Strafwetboek
- Art. 991decies, Gerechtelijk Wetboek
- Koninklijk besluit van 25 april 2017 tot vaststelling van de deontologische code van de gerechtsdeskundigen in toepassing van artikel 991quater, 7°, van het Gerechtelijk Wetboek, BS 31 mei 2017
- Art. 61, Wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen, BS 30 april 2014
- Art. 17, Wet van 31 maart 2010 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg, BS 2 april 2010
- Wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt, BS 26 september 2002
- Wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde, BS 13 juli 1999
- Artt. 153 en 154, Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, BS 27 augustus 1994
- Koninklijk besluit nr. 35 van 20 juli 1967 houdende het statuut en het barema van de adviserend artsen die tot taak hebben bij de verzekeringsinstellingen in te staan voor de geneeskundige controle op de primaire arbeidsongeschiktheid en op de gezondheidsverstrekkingen overeenkomstig de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
- Art. 31, Wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, BS 29 juli 1967
4. Informatie - Documentatie - Links
- FAQ 1.2. Controlegeneeskunde – 10/08/2021
- Advies van 30 september 2019 van de Federale Commissie “Rechten van de patiënt” over de relatie patiënt/adviserend artsen van het ziekenfonds
- Aanbeveling nr. 17/01 van 16 mei 2017 betreffende de onverenigbaarheid tussen de rol van zorgverlener met een therapeutische relatie en de rol van adviseur, controleur of deskundige in opdracht van een derde ten aanzien van eenzelfde patiënt. Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid - Afdeling "Gezondheid"
- Advies van 21 juni 2013 van de Federale commissie "Rechten van de patiënt" betreffende de controle- en expertisegeneeskunde
- ENGLEBERT, V., « L'expertise médicale : de la médecine au droit », Revue belge du dommage corporel et de médecine légale, Anthemis, 2018/3
- DE MOL, J., « La fraude en expertise médico-légale », Revue belge du dommage corporel et de médecine légale, Anthemis, 2018/2
- BOXHO, Ph., « Communication par un médecin de données médicales à un médecin expert : positionnement du problème sur le plan déontologique », Revue belge du dommage corporel et de médecine légale, Anthemis, 2017/1
- FAGNART, J.-L., « Ethique et médecine d'expertise », Revue belge du dommage corporel et de médecine légale, Anthemis, 2011/4
- BOXHO, Ph., « L'expertise pénale en matière de responsabilité médicale », Revue belge du dommage corporel et de médecine légale, Anthemis, 2001/2
5. Trefwoorden
adviserend arts - arts-ambtenaar - arts-deskundige - behandelend arts - controlearts - medische controle - medische expertise - onverenigbaarheid functie behandelend arts - therapeutische relatie met de patiënt - vertrouwensrelatie arts-patiënt - verzekeringen van de patiënt