geactualiseerde versie 13/09/2024
De procedure om gemachtigd te worden om de geneeskunde uit te oefenen in België verschilt afhankelijk van de oorsprong van het diploma en van de nationaliteit van de houder.
Voor meer info hieromtrent kunt u terecht op de volgende openbare sites :
- https://www.health.belgium.be/nl/e-services/visum-voor-een-buitenlands-diploma
- https://www.health.belgium.be/nl/gezondheid/zorgberoepen/artsen-tandartsen-en-apothekers
- https://www.aso-macs.be/nl/overzicht
1. Procedure voor een arts houder van een diploma dat in de Europese Economische Ruimte (EER) of in Zwitserland werd behaald
De hiernavolgende informatie betreft de diploma's (basisopleiding arts en opleiding arts-specialist) die beantwoorden aan de toepassingsvoorwaarden van de Europese richtlijn 2005/36/EG van 7 september 2005 van het Europese Parlement en van de Raad betreffende de erkenning van beroepskwalificaties (artikelen 24, 25 en bijlage 5 van de Richtlijn 2005/36/EG).
1. 1. Permanente uitoefening in België (vestiging)
De arts die houder is van een diploma dat behaald werd in de Europese Economische Ruimte (EER) of in Zwitserland die de geneeskunde permanent wenst uit te oefenen in België dient over de volgende documenten te beschikken om zijn inschrijving op de lijst van de Orde te verkrijgen.
a. De erkenning van de beroepskwalificaties dient aangevraagd te worden bij een van de gemeenschappen (artikel 104 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen).
Voor elke vraag om informatie over het versturen of samenstellen van het dossier dient men zich te wenden tot een van deze instanties.
Via de onderstaande elektronische links worden de contactgegevens ervan verschaft :
- Voor de Nederlandstalige dossiers : het Departement Zorg van de Vlaamse Gemeenschap
- Voor de Franstalige dossiers : de Fédération Wallonie-Bruxelles (benaming van de Franse Gemeenschap van België)
- Voor de Duitstalige dossiers : de Duitstalige Gemeenschap
b.Het visum geeft de arts “ machtiging om de geneeskunde uit te oefenen “ (artikel 104 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen en artikel 10, 1ste lid, van de wet van 22 april 2019 inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidzorg).
Het visum is onontbeerlijk om de geneeskunde te kunnen uitoefenen. Het wordt verstrekt door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (visa@health.belgium.be).
Wanneer de arts de erkenning van zijn diploma door een gemeenschap verkregen heeft, bezorgt de FOD Volksgezondheid hem automatisch zijn visum (hij moet geen aanvraag indienen) op voorwaarde dat de arts het bewijs leverde dat hij één van de drie nationale talen van België machtig is. De overheidsdienst contacteert de verzoekende arts opdat hij het bewijs van zijn taalkennis zou leveren wanneer deze niet duidelijk uit zijn dossier naar voren komt. Het bewijs van de kennis van een van de nationale talen kan geleverd worden door één van de volgende documenten voor te leggen (artikel 11 van de wet van 22 april 2019 inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg) (https://www.health.belgium.be/nl/e-services/visum-voor-een-buitenlands-diploma):
● een diploma van secundair onderwijs van een Nederlandstalige, Franstalige of Duitstalige onderwijsinstelling;
● een diploma van hoger of universitair onderwijs van een Nederlandstalige, Franstalige of Duitstalige onderwijsinstelling;
● een certificaat op het niveau C1 van het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader voor talen, met uitzondering van de vaardigheid "schrijven" waarvoor een certificaat van het niveau B2 volstaat.
c.De inschrijving op de lijst van de Belgische Orde der artsen (artikel 2, 2de lid, van het koninklijk besluit nr. 79 van 10 november 1967 betreffende de Orde der artsen en artikel 21bis van het koninklijk besluit van 6 februari 1970 tot regeling van de organisatie en de werking der raden van de Orde der geneesheren).
De inschrijving wordt gevraagd bij de provinciale raad van de Orde der artsen van de plaats waar de arts zijn medische woonplaats wil vestigen, dit wil zeggen de plaats waar hij zijn voornaamste activiteiten zal uitoefenen. De gegevens van de provinciale raden van de Orde der artsen zijn beschikbaar via deze link : https://www.ordomedic.be/nl/provinciale-raden/provinciale-raden/.
Bij de aanvraag tot inschrijving op de lijst van de Orde moeten de volgende documenten gevoegd worden :
- de erkenning van het basisdiploma door een van de gemeenschappen ;
- het visum afgeleverd door de FOD Volksgezondheid ;
- een verklaring die het land of de landen aangeeft waar de arts zijn beroep heeft uitgeoefend evenals de plaats waar hij zijn hoofdactiviteit zal uitoefenen ;
- een uittreksel uit het strafregister, of bij gebrek een gelijkwaardig document, dat niet ouder is dan drie maanden en is afgeleverd door de bevoegde instantie van de staat van oorsprong of van herkomst ;
- Indien de arts de geneeskunde reeds heeft uitgeoefend in de staat van oorsprong of van herkomst of in een ander land : een document dat niet ouder is dan drie maanden en is afgeleverd door de bevoegde instantie van die staat en dat bevestigt dat hij nog geen tuchtsanctie heeft opgelopen of een overzicht bevat van de professionele of administratieve maatregelen of sancties die tegen hem zijn genomen evenals van de strafrechtelijke sancties met betrekking tot de uitoefening van het beroep. Dit originele attest van de tuchtinstantie dient de gehele periode sinds het verkrijgen van het basisdiploma te bestrijken. Indien de arts de geneeskunde heeft uitgeoefend in verschillende buitenlandse landen dient hij een eerbaarheidsattest voor te leggen van de bevoegde instantie van elk van deze landen voor de periode dat hij er heeft gewerkt.
Opgelet, iedere arts houder van een basisopleiding arts die een specialisatie wenst te beginnen dient in België op de lijst van de Orde der artsen te zijn ingeschreven.
De inschrijvingsprocedure kan rechtstreeks bij uw provinciale raad gestart worden of via https://ordomedic.be/nl/registreren .
d.De erkenning van de opleiding van arts-specialist
Tegelijkertijd met de aanvraag van erkenning van het basisdiploma (zie punt 1.1. a.) of na het visum toelating om de geneeskunde uit te oefenen verkregen te hebben en ingeschreven te zijn op de lijst van de Orde kan de arts de erkenning van arts-specialist aanvragen bij de Gemeenschap die zijn basisdiploma erkend heeft.
1.2. Tijdelijke en incidentele uitoefening
Het stelsel van tijdelijke en incidentele verrichting kan gevraagd worden voor een eenmalige dienst, bijvoorbeeld om in België de geneeskunde uit te oefenen tijdens een sportwedstrijd.
Ze is toegankelijk voor een arts, op wettige wijze gevestigd in een andere lidstaat (die deel uitmaakt van de Europese Unie (EU) of de Europese Economische Ruimte (EER), alsook Zwitserland) waar hij zijn beroep uitoefent, die op Belgisch grondgebied tijdelijk en incidenteel een gezondheidszorgberoep komt uitoefenen (artikel 107 van de voornoemde wet van 10 mei 2015 en titel II, vrije dienstverrichting, van de Richtlijn 2005/36/ van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties).
De stappen om dit stelsel te genieten dienen ondernomen te worden bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu ; ze worden beschreven onder de volgende link : https://www.health.belgium.be/fr/formulaire-prestation-de-service-eu. De aanvraag dient gestuurd te worden aan de FOD Volksgezondheid op visa@health.fgov.be.
Het bewijs van talenkennis moet bij de aanvraag gericht aan de FOD Volksgezondheid worden gevoegd. Dit bewijs kan geleverd worden door één van de volgende documenten voor te leggen (artikel 11 van de wet van 22 april 2019 inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg) (https://www.health.belgium.be/nl/e-services/visum-voor-een-buitenlands-diploma) :
● een diploma van secundair onderwijs van een Nederlandstalige, Franstalige of Duitstalige onderwijsinstelling;
● een diploma van hoger of universitair onderwijs van een Nederlandstalige, Franstalige of Duitstalige onderwijsinstelling;
● een certificaat op het niveau C1 van het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader voor talen, met uitzondering van de vaardigheid "schrijven" waarvoor een certificaat van het niveau B2 volstaat.
Het tijdelijke en incidentele karakter van de dienstverrichting wordt per geval beoordeeld door het Directoraat Generaal Gezondheidszorg, met name in het licht van de duur, frequentie, regelmaat en continuïteit van de verrichting. De arts in kwestie kan een hernieuwing van zijn tijdelijke visum vragen vóór de vervaldatum of later een nieuwe aanvraag indienen voor de uitoefening van een tijdelijke en incidentele activiteit.
De toekenning van een dergelijk visum leidt automatisch tot inschrijving van de arts op de lijst van de Orde. De arts richt zich hiervoor tot de provinciale raad van de plaats waar hij zijn voornaamste activiteiten zal uitoefenen. De gegevens van de provinciale raden van de Orde der artsen zijn beschikbaar via deze link : https://www.ordomedic.be/nl/provinciale-raden/provinciale-raden/.
2. Procedure voor een arts houder van een diploma dat noch in de EER noch in Zwitserland werd behaald
De arts houder van een diploma dat noch in de EER noch in Zwitserland werd behaald die de geneeskunde wenst uit te oefenen in België dient over de volgende documenten te beschikken om zijn inschrijving op de lijst van de Orde te verkrijgen :
a. De gelijkwaardigverklaring van het basisdiploma dient gevraagd te worden bij een van de gemeenschappen (artikel 145 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen).
Voor elke vraag om informatie over het versturen of samenstellen van het dossier dient men zich te wenden tot een van deze instanties.
Hieronder verwijzen de elektronische links op hun naam naar hun contactgegevens.
- Voor de Nederlandstalige dossiers : NARIC Vlaanderen van de Vlaamse Gemeenschap :
- Voor de Franstalige dossiers : service Équivalences de la Fédération Wallonie-Bruxelles (benaming van de Franse Gemeenschap van België)
- Voor de Duitstalige dossiers : Duitstalige gemeenschap
b. BETREFT UITSLUITEND de arts met een niet-EER- of niet-Zwitserse nationaliteit : toelating om de geneeskunde uit te oefenen (artikel 145 van de wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen)
Nadat de arts het gelijkwaardigheidsattest heeft verkregen van een van de ministeries van de verschillende gemeenschappen dient hij een gemotiveerd verzoek om het beroep uit te oefenen in te dienen bij de minister die bevoegd is voor de Volksgezondheid. Deze zal het advies vragen van de Hoge raad van artsen-specialisten en huisartsen. Bij een gunstige beslissing zal de arts bij koninklijk besluit de toelating verkrijgen om de geneeskunde uit te oefenen in België.
Het aanvraagformulier en de lijst van de bij te voegen documenten is beschikbaar op de website https://www.health.belgium.be/fr/e-services/visa-pour-un-diplome-etranger. Ze kunnen per mail doorgestuurd worden aan de FOD Volksgezondheid visa@health.fgov.be.
c. Het visum is de “ machtiging om de geneeskunde uit te oefenen “. Het is onontbeerlijk om de geneeskunde te kunnen uitoefenen en het wordt uitgereikt door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (visa@health.belgium.be).
Het wordt uitgereikt na het gelijkwaardigheidsattest van een gemeenschap te hebben ontvangen wanneer de arts een onderdaan is van een land dat tot de Europese Economische Ruimte behoort.
Het wordt uitgereikt na het gelijkwaardigheidsattest van een gemeenschap en de toelating om de geneeskunde uit te oefenen in de vorm van een koninklijk besluit te hebben verkregen wanneer de arts geen onderdaan is van een land dat tot de Europese Economische Ruimte behoort.
Om zijn visum te bekomen dient de arts het bewijs te leveren van de kennis van één van de drie nationale talen van België. Dit bewijs kan zijn (artikel 11 van de wet van 22 april 2019 inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg) (https://www.health.belgium.be/nl/e-services/visum-voor-een-buitenlands-diploma):
● een diploma van secundair onderwijs van een Nederlandstalige, Franstalige of Duitstalige onderwijsinstelling; of
● een diploma van hoger of universitair onderwijs van een Nederlandstalige, Franstalige of Duitstalige onderwijsinstelling; of
● een certificaat op het niveau C1 van het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader voor talen, met uitzondering van de vaardigheid "schrijven" waarvoor een certificaat van het niveau B2 volstaat.
De bevoegde diensten zijn bereikbaar op het adres visa@health.fgov.be .
d. De inschrijving op de lijst van de Belgische Orde der artsen (artikel 2, 2de lid, van het koninklijk besluit nr. 79 van 10 november 1967 betreffende de Orde der artsen en artikel 21 van het koninklijk besluit van 6 februari 1970 tot regeling van de organisatie en de werking der raden van de Orde der geneesheren).
De inschrijving wordt gevraagd bij de provinciale raad van de Orde der artsen van de plaats waar de arts zijn medische woonplaats wil vestigen, dit wil zeggen de plaats waar hij zijn voornaamste activiteiten zal uitoefenen.
Bij de aanvraag tot inschrijving op de lijst van de Orde moeten de volgende documenten gevoegd worden :
- het regeringsbesluit dat het buitenlands basisdiploma gelijkwaardig verklaart ;
- indien de arts geen EER- of Zwitserse nationaliteit heeft : het koninklijk besluit dat hem toelating verleent om de geneeskunde uit te oefenen (zie punt 2.b) ;
- het door de FOD Volksgezondheid afgeleverde visum van het gelijkwaardig erkende diploma van arts ;
- een verklaring die de plaats aangeeft waar de arts zijn hoofdactiviteit zal uitoefenen;
- een getuigschrift van goed gedrag en zeden, of bij gebrek een gelijkwaardig document, dat niet ouder is dan drie maanden en is afgeleverd door de bevoegde instantie van de staat van oorsprong of van herkomst ;
- indien de arts de geneeskunde reeds hebt uitgeoefend in een of meerdere landen, een document dat niet ouder is dan drie maanden en is afgeleverd door de bevoegde instantie van die staat (nationale Orde der artsen of instelling met aanverwante bevoegdheden) dat bevestigt dat hij nog geen tuchtsanctie heeft opgelopen of een overzicht bevat van de professionele of administratieve maatregelen of sancties die tegen hem zijn genomen evenals van de strafrechtelijke sancties met betrekking tot de uitoefening van het beroep.
Dit originele attest van de tuchtinstantie dient de gehele periode sinds het verkrijgen van het basisdiploma te bestrijken. Indien de arts de geneeskunde heeft uitgeoefend in verschillende buitenlandse landen dient hij een eerbaarheidsattest voor te leggen van de bevoegde instantie van elk van deze landen voor de periode dat u er hebt gewerkt.
De gegevens van de provinciale raden van de Orde der artsen zijn te vinden via de volgende link : https://www.ordomedic.be/nl/provinciale-raden/provinciale-raden/ .
e. Valorisatie van de opleiding van arts-specialist
Indien de arts een opleiding van arts-specialist heeft behaald in een land dat geen deel uitmaakt van de EER of dat niet Zwitserland is, dient hij, nadat hij de gelijkwaardigverklaring van zijn basisopleiding, de toelating om uit te oefenen en de inschrijving op de lijst van de Orde heeft verkregen, een aanvraag tot valorisatie van zijn specialisme in te dienen bij de bevoegde erkenningscommissie bij een van de gemeenschappen. De erkenningscommissie geeft advies ofwel dat de erkenning al dan niet kan toegekend worden, ofwel dat de kandidaat zijn opleiding dient aan te vullen (en hoelang) om zijn erkenning te kunnen verkrijgen.
Bij positief advies wordt een ministerieel besluit afgeleverd dat de arts toelating geeft om de titel als arts-specialist te voeren in België.
Opgelet, de arts-houder van een basisopleiding arts die een specialisatie wenst te beginnen dient in België op de lijst van de Orde der artsen te zijn ingeschreven.
3. Opleiding in België van artsen die afkomstig zijn van derde landen, niet-lid van de Europese Unie, in het kader van de medisch-wetenschappelijke samenwerking met de landen die niet tot de Europese Unie behoren (artikel 146 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen)
Onder de voorwaarden die het bepaalt, machtigt artikel 146 van voornoemde gecoördineerde wet van 10 mei 2015 de koning om aan artsen die niet gerechtigd zijn de geneeskunde uit te oefenen in België, bijzondere vrijstellingen te verlenen zodat zij bepaalde handelingen van de geneeskunde kunnen verrichten om in België een beperkte klinische opleiding te verwerven.
De bij koninklijk besluit verleende bijzondere vrijstellingen voor de uitoefening van zekere delen van de geneeskunde zijn gebonden aan voorwaarden en beperkt tot bepaalde handelingen waardoor de bijzondere opleiding waarvan sprake kan worden verkregen.
De arts die dergelijke vrijstelling krijgt, mag in geen enkel geval op eigen verantwoordelijkheid uitoefenen. De door deze vrijstelling toegelaten opleiding vindt plaats in of onder coördinatie van en toezicht door een universitair ziekenhuis of universitaire ziekenhuisdienst, aangewezen door de koning, onder leiding en toezicht van een door de minister bevoegd voor Volksgezondheid erkende stagemeester. Bedoelde stagemeester is als zelfstandig academisch personeel verbonden met een medische faculteit met volledig leerplan. Een enkele arts kan op basis van dit artikel 146 opgeleid worden bij de stagemeester bij deze stagedienst.
Zijn activiteiten mogen niet in aanmerking genomen worden voor het uitvoeren van verstrekkingen die aanleiding kunnen geven tot een tussenkomst als bedoeld in de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994.
De gevolgde stages zijn slechts geldig in het kader van de toepassing van artikel 146 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen. Ze kunnen dus in geen geval in aanmerking komen voor het verkrijgen van een erkenning van een stageplan of een erkenning als arts-specialist, overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 21 april 1983 houdende de erkenningsregels van de geneesheren-specialisten en de huisartsen.
Om een beperkte klinische opleiding te kunnen volgen in België, dient een aanvraag ingediend te worden bij de minister die bevoegd is voor de Volksgezondheid. Deze zal het advies vragen van de Hoge raad van artsen-specialisten en huisartsen. De arts dient het bewijs te leveren van zijn talenkennis. Bij een gunstige beslissing zal de arts bij koninklijk besluit bijzondere vrijstellingen verkrijgen voor de uitoefening onder voorwaarden van zekere delen van de geneeskunde.
Voor meer inlichtingen en de gegevens van de bevoegde instanties zie het punt Toelating voor stage/fellowship (tijdelijk) - buitenlandse artsen op de site https://www.health.belgium.be/nl/e-services/visum-voor-een-buitenlands-diploma.
De begunstigde van deze opleiding dient zich aan te melden bij de bevoegde provinciale raad van de Orde der artsen en hem de volgende documenten te bezorgen :
- het koninklijk besluit dat hem toelating verleent voor het verrichten onder voorwaarden en onder toezicht van geneeskundige handelingen die onontbeerlijk zijn voor het verwerven van kennis in een specialisme, afgeleverd door de FOD Volksgezondheid ;
- het tijdelijke visum, afgeleverd door de FOD Volksgezondheid ;
- een uittreksel uit het strafregister of, bij gebrek, een gelijkwaardig document, dat niet ouder is dan drie maanden en afgeleverd is door de bevoegde instantie van het land van oorsprong of herkomst.
4. Inschrijving op de lijst van verschillende staten
In de regel is de inschrijving op de lijst van verschillende staten toegestaan zolang aan de uitoefeningsvoorwaarden voldaan wordt.
De arts dient de provinciale raad van de Belgische Orde der artsen op wiens lijst hij ingeschreven is op de hoogte brengen of hij eveneens in een andere staat, al dan niet van de EEE + Zwitserland ingeschreven is.