3.1. Het geneeskundige getuigschrift

Het geneeskundig getuigschrift strekt ertoe de echtheid van een medisch feit vast te stellen ten aanzien van derden (fysieke of psychische gezondheid, ziekte, ongeval, zorg).

Bij het opstellen ervan worden de beginselen van oprechtheid, objectiviteit, voorzichtigheid en naleving van het medisch geheim in acht genomen. Deze beginselen worden toegelicht in de adviezen van de nationale raad en worden hierna achtereenvolgens in herinnering gebracht.

Meer info vindt u via de volgende link :

Opstellen van het medische voorschrift vereist voor de lastgeving van de technische verpleegkundige verstrekkingen

(advies van de nationale raad van 19 september 2020)

Hoe moet een geneeskundig getuigschrift opgesteld worden ?

1. Blijk geven van oprechtheid en objectiviteit

Opzettelijk een vals attest opstellen is strafbaar, ongeacht de reden ervan. De arts moet objectief zijn en laat zich niet beïnvloeden.

De arts stelt het getuigschrift op na afloop van het gesprek met de patiënt, de anamnese en het medisch onderzoek.

Wanneer er geen medisch onderzoek plaatsvindt, vermeldt de arts dat hij zich baseert op een teleconsultatie of op het medisch dossier.

2. Voorzichtig en nauwkeurig te werk gaan

De arts is zich bewust van de grenzen van zijn kennis en van het onvoorspelbare in de evolutie van een gezondheidstoestand.

Hij beperkt zich tot het attesteren van een medisch feit.
Hij drukt zich correct uit en eerbiedigt de waardigheid van de patiënt.

De arts moet het getuigschrift ondertekenen en zijn identiteit, beroepsgegevens en Riziv- nummer vermelden.

Wanneer het model en de inhoud van het getuigschrift vastgelegd zijn door de wet, zorgt de arts ervoor dat het getuigschrift beantwoordt aan de wettelijke voorwaarden.

3. Relevante informatie vermelden en het medisch geheim eerbiedigen

De arts eerbiedigt het medisch geheim. De inhoud van het getuigschrift is beperkt tot wat noodzakelijk is voor het doeleinde ervan.

De in het getuigschrift te vermelden inlichtingen hangen af van de bestemmeling en van de wetgeving waarin het kadert (overlijdensverklaring, geneeskundig getuigschrift in het raam van een beschermingsmaatregel ten aanzien van een onbekwame meerderjarige, enz.)

De arts legt de inhoud van het getuigschrift uit aan de patiënt.

4. Het geneeskundig getuigschrift dagtekenen

De arts vermeldt op het geneeskundig getuigschrift altijd de datum van de dag waarop hij het opstelt, ook al attesteert hij de gezondheidstoestand van de patiënt op een moment voorafgaand aan het opstellen.

Bij een duplicaat preciseert de arts de datum waarop het originele document opgesteld werd en dateert hij het duplicaat met de opsteldatum.

Aan wie moet het geneeskundig getuigschrift overhandigd worden ?

De arts geeft het getuigschrift aan de patiënt of aan zijn vertrouwenspersoon indien de patiënt dit wenst.

Indien de patiënt een onbekwame meerderjarige is of een minderjarige die niet in staat is redelijkerwijze zijn belangen te beoordelen, geeft de arts het document aan zijn vertegenwoordiger.

Bijzonder geval - getuigschrift voor schoolverzuim

De arts mag geen geneeskundig getuigschrift voor schoolverzuim opstellen om een niet- medische reden (familievakantie, enz.)

De arts kan uitzonderlijk een ’dixit-attest’ opstellen waarin hij uitdrukkelijk vermeldt dat het uitsluitend gebaseerd is op de verklaringen van de betrokkene en niet op zijn eigen medische vaststellingen.

Bij twijfel over de gegrondheid van een geneeskundig getuigschrift dat een behandelend arts verstrekt om de afwezigheid van een leerling te rechtvaardigen, kan de ‘CLB’-arts van de school contact opnemen met zijn collega om verduidelijking te verkrijgen met inachtneming van het medisch geheim.

Zo bijvoorbeeld vermeldt het getuigschrift van arbeidsongeschiktheid bestemd voor de werkgever de diagnose niet, in tegenstelling tot dat bestemd voor de verzekeringsinstelling.

Mits de patiënt zijn toestemming geeft, kan de arts het getuigschrift doorsturen naar de door de patiënt aangewezen arts.

Meer info vindt u via de volgende link : model dixit-attest opgesteld in overleg met het departement Onderwijs en Vorming van de Vlaamse Gemeenschap