actualisatie 24/01/2025
Binnen een groepspraktijk (betaling per prestatie) of een medisch huis (forfaitaire betaling) kan de situatie zich voordoen dat één van de artsen de praktijk verlaat, om zijn artsenpraktijk verder te zetten in een solopraktijk of te werken in een groepspraktijk of medisch huis in een andere regio, of om een andere reden. In deze context rijzen dikwijls vragen over wie verantwoordelijk is voor de zorgcontinuïteit en wat er moet gebeuren met het Globaal Medisch Dossier (GMD) van de patiënten die verzorgd worden door de vertrekkende arts.
In eerste instantie dienen de afspraken in verband met de verdeling en de toewijzing van de Globale Medische Dossiers zoals bepaald in de samenwerkingsovereenkomst te worden nageleefd.
Onverminderd de bepalingen in de samenwerkingsovereenkomst gelden volgende deontologische beginselen:
De vertrekkende arts, maakt, overeenkomstig de beginselen zoals bepaald door artikel 37 van de Code van medische deontologie, aan zijn patiënten discreet en in de mate van het mogelijke (bij de laatste patiëntencontacten en bv. via een bericht in de wachtzaal en op de website van de praktijk) melding van zijn vertrek: https://ordomedic.be/nl/code-2018/integriteit/37 en hij wijst de patiënt op zijn vrije keuze wat betreft de verdere zorg.
De vrije artsenkeuze van de patiënt dient te worden gerespecteerd. Dit betekent dat de patiënt ervoor kan opteren de vertrekkende arts te volgen naar zijn nieuwe praktijk of patiënt te blijven in de bestaande huisartsenpraktijk. De patiënt kan eveneens beslissen te veranderen van GMD-houdende huisarts buiten de huisartsenpraktijk. Voor meer informatie daaromtrent kan u het advies raadplegen van de nationale raad van 24 april 2021, Globaal Medisch Dossier (GMD) – regelgeving en beheer:
Ordomedic | Globaal Medisch Dossier (GMD) – Regelgeving en beheer (a168009).
De vertrekkende arts dient een kopie te verkrijgen van alle patiëntendossiers van de patiënten waarmee de therapeutische relatie wordt verdergezet. De geregistreerde softwarepakketten huisartsgeneeskunde voorzien in de mogelijkheid om patiëntendossiers te exporteren via een patiëntmigratiebestand dat kan worden geïmporteerd in een ander softwarepakket: eHealth - Registratie van de softwarepakketten (fgov.be); GPModularCriteria2019V1 (fgov.be).
De export/import dient zich aldus te beperken tot de patiënten waarmee de therapeutische relatie wordt verdergezet, mits de geïnformeerde toestemming van de patiënt.
Daarnaast rijst de vraag wie verantwoordelijk is voor de zorgcontinuïteit van de patiënt.
In eerste instantie blijft de vertrekkende arts verantwoordelijk voor de organisatie van de continuïteit van de zorg voor de bij hem in behandeling zijnde patiënten (cf. afdeling 6, Continuïteit, Kwaliteitswet).
In een medisch huis met forfaitaire betaling heeft de ingeschreven patiënt evenwel een overeenkomst met het medisch huis en zijn de blijvende artsen contractueel en deontologisch verplicht de zorgcontinuïteit verder te garanderen.
In een groepspraktijk met betaling per prestatie is het aangewezen in de samenwerkingsovereenkomst af te spreken hoe de zorgcontinuïteit wordt georganiseerd bij het vertrek van een arts.
Onverminderd de gemaakte afspraken, is de vertrekkende arts verplicht, tenzij het om praktische redenen (overlijden, ernstige ziekte, enz.) onmogelijk is, de patiënt behulpzaam te zijn bij het zoeken van een nieuwe huisarts.
Indien de vertrekkende collega de patiënt hierbij niet kan helpen en de patiënt ermee akkoord gaat, is het in een associatie, groepspraktijk of wijkgezondheidscentrum/medisch huis wenselijk dat de zorgcontinuïteit verder wordt gezet door de collega’s uit deze praktijk.
Indien de vertrekkende collega de patiënt hierbij niet kan helpen en deze er voor kiest zich niet meer te laten volgen in deze praktijk of indien de artsen uit de associatie of groepspraktijk de zorgcontinuïteit niet kunnen of willen waarborgen, hebben zij de deontologische plicht de patiënt behulpzaam te zijn bij het vinden van een nieuwe huisarts. Tot het vinden van een nieuwe huisarts, is het de taak van deze artsen de continuïteit van de zorg te garanderen.
Zo nodig kan ook de huisartsenkring betrokken worden bij het zoeken naar een nieuwe huisarts die bereid is de zorgcontinuïteit voor de betrokken patiënt over te nemen.
In alle omstandigheden dient de vrije artsenkeuze van de patiënt gerespecteerd te worden.