Samenvatting workshop reïntegratie
Langdurige ziekteafwezigheid , heeft een belangrijk impact op onze maatschappij : de druk op onze sociale zekerheid, op de werkgever en niet in het minst op de patiënt zelf zowel op financieel- , mentaal- en sociaal vlak is groot. In België zijn ongeveer een half miljoen mensen vandaag langdurige zieken.
De Covid-pandemie heeft ons nog eens duidelijk gemaakt dat sociale contacten zeer belangrijk zijn. Thuiswerken was voor een tijdje fijn maar het contact op de werkvloer bleek voor velen toch een gemis.
Onze overheid probeert langdurige zieken via wettelijke regeling terug naar de werkvloer te bewegen. Te meer omdat we weten, hoe langer patiënten afwezig zijn, hoe hoger de drempel wordt om terug de draad op te nemen.
In dit artikel zullen we de verschillende mogelijkheden rond re-integratie beschrijven.
1.In de eerste plaats proberen we steeds de zieke werknemer “informeel” te re-integreren.
Het verschilt van de formele manier in die zin dat er een constructieve samenwerking is tussen patiënt , huisarts/specialist, arbeidsarts en werkgever.
2. Echter , soms dient er te worden overgegaan naar de “formele “ vorm van re-integratie .
In oktober 2022, na her-evaluatie, trad het KB re-integratie 2.0 in voege.
https://werk.belgie.be/sites/default/files/content/documents/Welzijn%20op%20het%20werk/Regelgeving/SCHEMA_RIT_2_0.pdf : schema van formele re-integratie
Een formele vraag tot re-integratie kan zowel van de werkgever als van de werknemer komen.
De werknemer kan al vanaf de eerste dag van arbeidsongeschiktheid een aanvraag indienen.
Voor de werkgever kan dit pas na 3 ononderbroken maanden van arbeidsongeschiktheid of na een attest van de behandelende arts met een aanvraag tot definitieve ongeschiktheid.
De arbeidsarts is in het re-integratieproces de belangrijkste moderator. Reeds tijdens de langdurige afwezigheid (meer dan 4 weken), kan de arbeidsarts de afwezige werknemer contacteren. Dit wordt zeer positief ervaren omdat er een band met het werk behouden blijft en dat er duidelijk uit zorg en neutraal met de patiënt wordt gesproken. De verschillende mogelijkheden worden op dat moment kenbaar gemaakt. Dit alles verkleint de drempel om terug aan werkhervatting te denken!
Wanneer de vraag tot re-integratie tot bij de arbeidsarts komt, maakt hij/zij een beoordeling:
A. de werknemers kan tijdelijk het overeengekomen werk niet uitoefenen (maar misschien wel tussentijds aangepast werk)
B. De werknemer is definitief ongeschikt voor het overeengekomen werk. (maar kan misschien nog wel aangepast werk verrichten)
C. De re-integratie is niet mogelijk om medische redenen (bijv. er dient nog een ingreep te volgen). In dit laatste geval stopt het traject en kan pas na 3 maanden weer opgestart worden.
Dit traject wordt losgekoppeld van “ontslag om medische redenen”. Het is echt enkel de bedoeling om te kijken naar de mogelijkheden om terug aan de slag te gaan.
Wanneer werknemer of werkgever toch naar een procedure medische overmacht wil gaan, kan dit echter pas na minstens 9 maanden ononderbroken arbeidsongeschiktheid én er mag geen re-integratie traject lopende zijn. Desgevallend kan er in afwachting, een tijdelijke technische werkloosheid aangevraagd worden om medische redenen.
Het voordeel van dit formele re-integratieproces is dat er duidelijkheid wordt geschept. Vaak is het voor de werkgever onduidelijk of een werknemer nog terug het werk zal hervatten en hoe het werk verder georganiseerd dient te worden. Idem voor de werknemer die graag wil weten of hij nog het werk zal kunnen hervatten . Ook voor de behandelende arts kan dit een hulp betekenen omdat het soms moeilijk is om een patiënt waarmee je een band hebt, en die langere tijd in ziekteverlof is, terug te activeren. Via het formele re-integratie traject kan de arbeidsarts dan een duidelijk perspectief bieden. Voor de patiënt wordt maximaal bekeken wat de mogelijkheden zijn om vanuit het statuut “ziekte” terug geactiveerd te worden. Ook dit kan het genezingsproces bevorderen op voorwaarde dit alles op neutrale en medisch verantwoorde manier aangepakt wordt.
3.Naast het re-integratietraject tussen huisarts/patiënt en arbeidsarts wordt ook via de adviserend arts en de Terug-naar Werk coördinator van de mutualiteiten , gewerkt aan een pad naar werkhervatting toe. Dit op voorwaarde dat er nog geen re-integratietraject werd opgestart.
De adviserend arts maakt een evaluatie op basis van de periode van volledige afwezigheid, het letsel, het verdienvermogen. Na 6 maanden gebeurt de evaluatie op basis van de mogelijkheden t.o.v. de algemene arbeidsmarkt.
Een tiental weken na aanvang van de arbeidsongeschiktheid krijgt de patiënt een QMV vragenlijst die naar de adviserende arts dient terug gestuurd te worden. Op deze manier kan er dan, op basis van de restcapaciteiten, een categorisering plaatsvinden. Indien opportuun zal de Terug-naar-Werk coördinator in actie schieten. Deze speciaal daartoe opgeleide persoon, zal de patiënt trachten te begeleiden. Mogelijkheden zoals herscholing, samenwerking met VDAB, vrijwilligerswerk, deeltijdse werkhervatting, contact met de arbeidsarts, worden besproken.
Het “TRIO” van behandelend arts / arbeidsarts/ adviserend arts is cruciaal in de weg terug naar werk van de patiënt.
Communicatie en informatie delen is belangrijk voor het welslagen van het traject. We merken dat dit overleg nog te weinig gebeurt en patiënten daarom soms langer dan gewenst in arbeidsongeschiktheid blijven. We raden dan ook ten stelligste aan om de arbeidsarts of adviserend arts te contacteren bij vragen rond de hervatting. Het is niet altijd evident om elkaar te treffen. Het RIZIV werkt daarom aan een platform waar de 3 betrokken partijen elkaar kunnen treffen i.v.m. een re-integratiedossier.
Nuttig om de arbeidsarts van je patiënt te vinden, is de applicatie op www.mijngezondheid.be: wie is je arbeidsarts?
Momenteel loopt er ook een campagne rond het TRIO -project waar arbeidsartsen en adviserend artsen, het KB re-integratie en hun rol en functie hierbij, worden toegelicht op LOK-groepen.
Bronnen :
https://www.beswic.be/nl/themas/re-integratie-op-het-werk
Het “Terug-naar-werktraject” voor arbeidsongeschikte werknemers en werklozen - RIZIV (fgov.be)
INZET
Buiten het re-integratietraject tussen huisarts/patiënt en arbeidsarts wordt ook via de adviserend arts en de Terug-naar Werk coördinator van de mutualiteiten , gewerkt aan een pad naar werkhervatting
*Wat is medische overmacht?
Beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht is geen ontslag. Volgens de voorwaarden van artikel 34 van de wet betreffende de arbeidsovereenkomsten (AOW) kunnen de werkgever of de werknemer vaststellen dat de arbeidsovereenkomst is beëindigd wegens de situatie van medische overmacht. De werknemer is immers definitief ongeschikt om het overeengekomen werk te verrichten.
Er hoeft dan geen opzeggingstermijn of -vergoeding te worden nageleefd, maar voorzichtigheid is geboden. Een beëindigingsprocedure wegens medische overmacht is vrij uitzonderlijk van aard en mag niet lichtvaardig worden opgevat.